NIEUWS     VERKEER      CULTUUR      WEER     SPORT     CONTACT         

dinsdag 12 augustus 2008

OPPERWEZEN


Ik heb het al meermaals verkondigd: ik ben een gelukzak. Tot nu toe ben ik gespaard gebleven van grote tegenslagen. Op een stevige 'midlife crisis' en wat 'perikelen' met mijn drie kinderen na, is mijn leven voorspoedig verlopen.

Je moet je er ook niet teveel bij voorstellen. Het klassieke patroon: studeren, werk zoeken en vinden, trouwen, een auto kopen, nog meer werken, een tweede auto kopen, lenen, een huis kopen, kinderen op de wereld zetten, scheiden. Kortom weinig origineel.

Mijn geloof ben ik lang geleden verloren. Een katholieke opvoeding en dertien jaar streng college zijn daar niet vreemd aan. Toch zijn niet alle sporen uitgewist.
Schuldgevoelens steken nog regelmatig de kop op en luiheid geeft mij een slecht gevoel. Om mij goed in mijn vel te voelen heb ik een gestructureerd leven nodig en leg ik mezelf een aantal voorwaarden op. Over die voorwaarden ga ik nu niet uitwijden, misschien later eens.

De laatste jaren ben ik echt tevreden met mijn leven, niets spectaculairs maar blij met alles wat ik heb. Regelmatig, vooral 's avonds in bed, heb ik de neiging om iets of iemand te bedanken. Ik vind het vanzelfsprekend dat ik dankbaar ben en creëer dan voor de fun een soort opperwezen.
Pas op, ik reken niet op een leven na de dood en ik vraag ook absoluut geen gunsten voor de toekomst.

Integendeel, ik heb het moeilijk met mensen die van hun god een voorkeursbehandeling verwachten. Een kaars branden om een goed examen te maken, naar Lourdes gaan om van wat dan ook te genezen, negen dagen bidden (novene) om persoonlijk geluk af te smeken: dit alles is ronduit belachelijk.

Stel dat er een God bestaat. Het zou toch fundamenteel onrechtvaardig zijn dat die God bepaalde mensen zou behoeden voor onheil of rampspoed en andere niet.

1 opmerking:

Sunshine zei

Een opperwezen… interessant…
In de katholieke god (ik weiger de hoofdletter te gebruiken) geloof ik sowieso niet meer. Als ik dat al ooit gedaan heb. Ik heb altijd een afkeer gehad van die mensen die heel vroom knikkend op de eerste rij in de kerk zaten, maar dan anderen zonder blikken of blozen het leven zuur maakten.
In mijn studententijd nam ik een tijdje deel aan de parochieactiviteiten van de universiteit, maar de dictatoriale natuur die de zogezegd supersympathieke maar paardenkleppendragende (tiens, zou dat in van Dale staan?) studentenpastoor bij momenten niet kon verstoppen, deden me snel afhaken.
Het echte verlies van geloof kwam tien jaar geleden bij mijn persoonlijke 9/11 zoals ik het soms noem. De reden doet er niet meer toe, maar mijn wereld is toen definitief veranderd en de suggestie dat er een god zou zijn, haalde zelfs agressieve gevoelens naar boven.
Intussen ben ik ouder en milder en heb ik op één of andere manier mijn geloof hervonden. Ik heb te vaak (meestal positieve) dingen meegemaakt, te veel mooie mensen ontmoet om te geloven dat alles afhankelijk is van toeval. Maar dan heb ik het zeker niet over één of ander wezen, wel over positieve energie tussen mensen. Mijn interesse in het Boeddhisme ondersteunt die overtuiging.
Dus ja, ik durf al eens vragen aan iemand waarbij ik een goed gevoel heb om te duimen als een goede afloop heel belangrijk is. En ik durf al eens een steentje met bepaalde betekenis in mijn broekzak steken op momenten wanneer ik er nood aan heb. Al word ik dan dadelijk streng toegesproken door mijn wijze, nuchtere tienerdochter: “Mam, je weet toch dat zoiets niet wetenschappelijk werkt, dat dit je enkel helpt omdat je erin gelooft hé?” Toch weer geloven dus.
Nu ja, wie niet twijfelt… ;-)