NIEUWS     VERKEER      CULTUUR      WEER     SPORT     CONTACT         

zondag 30 november 2008

THE BIG ASK

We hebben een sterke klimaatwet nodig, België is één van de slechtste leerlingen van de klas, en het blijft bij loze beloften en halfbakken maatregelen. In het Verenigd Koninkrijk is er ondertussen een klimaatwet gestemd. Help ons om dat ook hier voor elkaar te krijgen.



Internationale Klimaatactiedag

Zaterdag 6 december, Brussel

Doe mee aan de Internationale klimaatactiedag in Brussel op 6 december. Op die dag bouwen we met z’n allen aan een SoS-Klimaatboot om onze eisen voor een sterk klimaatbeleid kracht bij te zetten. Meer informatie en een uitleg waarom net op 6 december op: www.klimaatcoalitie.be

Het is tijd voor de EU om een voortrekkersrol te spelen tegen klimaatsverandering

2009 is een belangrijk jaar voor het klimaat, cruciaal zelfs, aangezien vertegenwoordigers van alle landen samenkomen in Kopenhagen om de opvolging van het Kyotoprotocol te onderhandelen. De EU moet een leidende rol opnemen in deze onderhandelingen. Het wordt zo langzamerhand tijd dat de EU toont wat ze waard is!

zaterdag 29 november 2008

ROD HULL AND ... EMU!

Rodney Stephen Hull (1935 - 1999), better known as Rod Hull, was a popular entertainer on Britisch Television in the 1970s and 1980s. He rarely appeared without Emu, a mute, highly aggressive arm-length puppet of such a bird. Prior to entertainment, Hull was a world champion jetskier. In 1999, Hull fell to his death whilst attempting to adjust the television aerial on the roof of his home.





Een hilarisch stukje als kennismaking. Op het einde van het filmpje klik nog even op het fragment met Rudi Carrell. Excuses voor de mindere beeldkwaliteit maar toch zeer genietbaar.

Met dank aan een anonieme bloglezer.

vrijdag 28 november 2008

BLOGGEN IS GEVAARLIJK EN PIETJE DE LEUGENAAR!


Defensieminister Pieter De Crem vindt bloggen "een steeds gevaarlijker fenomeen". Dat zei hij in de Kamer gisteren, nadat hij moest toegeven dat er van op zijn kabinet wel degelijk gebeld is met de baas van de Vlaamse barmeid nadat die op haar blog een boekje had opengedaan over een braspartij van de defensieminister in New York. Het meisje werd na het telefoontje ontslagen.

Nathalie

De Vlaamse barvrouw Nathalie Lubbe Bakker (35) vertelde vorige week op haar blog over een "stiepelzatte" minister De Crem in een New Yorkse bar. De vrouw vertelde er hoe ze op maandagavond achter de toog stond in het Belgische B. Café toen onze minister van Defensie kwam "binnengestrompeld".

"Via goed ingelichte bron weet ik dat de woordvoerder van De Crem gebeld heeft met mijn baas", vertelde de jongedame, die afkomstig is uit Antwerpen aan Het Laatste Nieuws. "Wat de inhoud van het gesprek was, is mij onbekend. Wat ik wel weet is dat mijn baas me daarna ontslagen heeft."

"Nooit gebeld"

De entourage van De Crem ontkende daarop dat de minister dronken was, net zoals er volgens het kabinet niet getelefoneerd was met de baas van het café. Misschien heeft iemand De Crem ondertussen duidelijk gemaakt dat zo'n dingen vandaag de dag te traceren vallen. (De Morgen)

Op vragen van André Flahaut en David Geerts gaf De Crem wel toe dat een lid van de delegatie de eigenaar van het café telefonisch op de hoogte heeft gebracht van de inhoud van de blog. Maar, noch hijzelf noch een lid van de delegatie heeft ooit iets geïnsinueerd over een ontslag. (Laat me niet lachen) "Dat is iets tussen werkgever en werknemer", voegde hij eraan toe. Waarom laat hij dan een medewerker bellen?

De Crem vindt wel dat bloggen steeds meer een gevaarlijk fenomeen wordt. "Iedereen kan naar goeddunken en zonder verantwoordelijkheid dingen schrijven en het is bijna onmogelijk om zich daar tegen te verdedigen. Iedereen hier is een potentieel slachtoffer. We moeten ons daar over bezinnen".

Wie is hier het slachtoffer meneer De Crem? Bezin je daarover maar eens, jij kleinzielig politiekerke van mijn ... Eerst verklaren dat er niet gebeld is naar de New-Yorkse werkgever en daarna moeten toegeven dat het een lid van de delegatie was. Op wiens vraag meneer De Crem?

Je bent niet alleen zielig maar ook ongeloofwaardig. Waar is de tijd dat je stond te roepen in de Kamer en het beleid van je voorganger met de grond gelijk maakte.

Je profileringsdrang is aandoenlijk. Lang genoeg beleefd geweest: André Flahaut kom terug!

donderdag 27 november 2008

AFWIJZING - JEAN-PAUL MULDERS



Afgewezen worden omdat je 47 chromosomen hebt in plaats van de courante 46.

Afgewezen worden omdat je niet gelooft dat Mohammed, of Jezus, de grondlegger is van het enige waarachtige geloof.

Omdat je te klein bent voor de catwalk. Of te groot.

Omdat je helderziend bent of myoop.

Afgewezen worden omdat je zwart bent. Of joods.

Afgewezen worden omdat je weet wat panta rhei betekent. Omdat je niet weet wat Germinal Ekeren afgelopen weekend tegen Zulte Waregem heeft gedaan.

Afgewezen worden omdat je poetsvrouw bent en Pools. Omdat je geen boot hebt. Geen iPhone. Geen maat 36.

Omdat je een BMI hebt van 31.

Afgewezen worden omdat je een thermosfles met Himalayathee meeneemt naar je werk.

Omdat je soms vol heimwee aan de Tintenkiller denkt.

Afgewezen worden omdat je grootmoeder met liefde je sokken heeft versteld.

Omdat je een foute broek draagt, waarop je muts op de speelplaats van kind tot kind wordt gegooid.

Omdat je een geboortevlek hebt onder je lip, die blauw uitslaat van de kou.

Afgewezen worden omdat je een spin vangt in een potje en woorden van aanmoediging prevelt als je haar voorzichtig buitenlaat.

Afgewezen worden omdat je het lenteklokje en de schoffelsnuithagedis kent.

Omdat je een klein pietje hebt.

Afgewezen worden omdat je van Arabische metal houdt. Omdat je aardbeidaiquiri drinkt, wat een drankje voor homo's schijnt te zijn.

Afgewezen worden omdat je verliefd bent geworden op een man, waarop je tot vermaak van het volk wordt opgehangen aan een hefkraan (in Iran).

Afgewezen worden omdat je zwanger bent maar niet getrouwd.

Omdat je van ballet houdt.

Afgewezen worden omdat je geen televisie hebt. Omdat je romans leest in het Nederlands.

Afgewezen worden omdat je oksels naar demente bevers ruiken.

Omdat je allochtoon bent, transseksueel, apotemnofiel of alleenstaande mama van vier.

Afgewezen worden omdat je geen kin hebt, wat genoemd wordt : een vogelgezicht.

Omdat je jonge bestuurder bent of 55-plusser zonder werk.

Afgewezen worden omdat je failliet bent gegaan. Omdat je Duitser bent, of Maghrebijnse handelaar in Halle. Omdat je veganist bent, en tot overmaat van ramp aan psoriasis lijdt.

Afgewezen worden omdat je obees bent en rookt.

Omdat je een hoofddoekje draagt. Omdat je een oprotpremie vangt van negen miljoen.

Omdat je van bescheiden afkomst bent. Omdat je geen onderbroek draagt.

Afgewezen worden omdat je voor Het Laatste Nieuws schrijft of voor Dag Allemaal.

Omdat je Kasjmir niet weet liggen op de kaart.

Afgewezen worden omdat er een aangekoekte substantie kleeft aan je oor.

Afgewezen worden omdat je een afgewezen asielzoeker bent.

Afgewezen worden omdat je een dvd bezit met beelden van een haardvuur, een aquarium of een vogelkooi.

Afgewezen worden omdat je soms zonder goede reden tsjip tsjip zegt.

Afgewezen worden omdat je in Gullegem woont.

Afgewezen worden omdat je een tattoo / piercing / nektapijt hebt (schrappen wat niet past). Omdat je Piet heet, Kevin of Jean-Paul.

Afgewezen worden omdat je je theezakje niet profijtig uitwringt op je lepel maar kliedernat op de tafel legt.

Afgewezen worden omdat je de toiletbril rechtop hebt laten staan.

Afgewezen worden omdat je stinkende winden laat. Omdat je een abonnement hebt op een biogroentenpakket.

Omdat je eczeem hebt op je been.

Omdat je 's nachts droomt van engelen met vlammende zwaarden, die zingen op de wijs van I was made for loving you baby als ze uit de hemel komen nedergedaald : "Wie zonder afwijzing is, werpe de eerste steen."

Reacties : jp.mulders@skynet.be

woensdag 26 november 2008

maandag 24 november 2008

DE TUINMAN EN DE DOOD - P.N. VAN EYCK



Een Perzisch Edelman:

Van morgen ijlt mijn tuinman, wit van schrik,
Mijn woning in: 'Heer, Heer, één ogenblik!

Ginds, in de rooshof, snoeide ik loot na loot,
Toen keek ik achter mij. Daar stond de Dood.

Ik schrok, en haastte mij langs de andere kant,
Maar zag nog juist de dreiging van zijn hand.

Meester, uw paard, en laat mij spoorslags gaan,
Voor de avond nog bereik ik Ispahaan!' -

Van middag -lang reeds was hij heengespoed-
Heb ik in 't cederpark de Dood ontmoet.

'Waarom,' zo vraag ik, want hij wacht en zwijgt,
'Hebt gij van morgen vroeg mijn knecht gedreigd?'

Glimlachend antwoordt hij: 'Geen dreiging was 't
Waarvoor uw tuinman vlood. Ik was verrast,

Toen 'k 's morgens hier nog stil aan 't werk zag staan,
Die 'k 's avonds halen moest in Ispahaan.'

zondag 23 november 2008

'TWEE MEISJES' IS DE BESTE BELGISCHE SONG

De luisteraars van Radio 1 hebben "Twee meisjes" van Raymond van het Groenwoud naar de eerste plaats gestemd in de 100 op 1, de lijst van beste Belgische songs. Van het Groenewoud was vorig jaar al de lieveling van de luisteraar.






Overzicht van de top 10 van 100 op 1

1. Twee meisjes - Raymond van het Groenewoud
2. Ne me quitte pas - Jacques Brel
3. Mia - Gorky
4. Nothing really ends - dEUS
5. De fanfare van honger en dorst - Jan De Wilde
6. My heroics - Absynthe Minded
7. Tim - Wim De Craene
8. Les yeux de ma mère - Arno
9. Eerste sneeuw - Jan De Wilde
10. Ik wil deze nacht in de straten verdwalen - Wannes Van de Velde

De volledige 100 op 1-lijst vindt u op de website van Radio 1.

donderdag 20 november 2008

CHÂTEAU TRILLION - JEAN-PAUL MULDERS



Zo'n zondag is het, waarop de wereld eruitziet als een oude kous vol gaten. De huizen aan de overkant, honderd meter ver, glimmen van de regen die niet neerdruist maar neerzevert, al de hele dag. Regen die vernevelt als water uit een plantenspuit, dat alles klam en vochtig maakt.

In de lucht is zelfs geen vogel te bekennen, zodat ik mij afvraag of onze gevederde vrienden er een hekel aan hebben nat te worden bij het vliegen, zoals de meeste mensen er niet dol op zijn nat te worden bij het lopen, waardoor je die eigenaardige mensensoort krijgt die zich bij de minste twijfel laat vergezellen door een paraplu. Zelf behoor ik tot dat slag. Schaars zijn de dagen waarop je mij in het straatbeeld zal aantreffen zonder paraplu. Ik bezit ze in alle soorten en maten, hoewel ik het verschijnsel paraplu in wezen erg burgerlijk vind en mij er een beetje voor schaam er een bij te hebben, vooral als het niet regent. Paraplu's zijn, om het zo maar eens te zeggen, niet erg rock-'n-roll.

In de verte klinkt het slissende geluid van autobanden. De wintertijd heeft vannacht zijn intree gedaan, waardoor de avond veel te vroeg en als een zwarte mantel over de mensen en hun dromen zal vallen, ons erop wijzend dat we alweer op Kerstmis afstevenen, en op het einde van een woelig jaar.

Hierbinnen is de toestand best te pruimen. Een aangename eigenschap van het appartement dat ik sinds enkele maanden betrek, is dat het op de bovenste verdieping ligt, waardoor ik bij regenweer omringd ben door geklater, afkomstig van de afwatering. Op sommige mensen, voornamelijk vrouwen, zou dit wellicht het bijverschijnsel teweegbrengen dat zij zich ervan naar het toilet moeten spoeden. Daar heb ik geen last van. Ik ervaar het druppelen en klotsen voornamelijk als aangenaam, in die zin dat de warmte hierbinnen prettig contrasteert met de kille vochtigheid daarbuiten - een fenomeen dat wel eens als gezelligheid wordt omschreven.

De vrouw die ik bemin, bevindt zich momenteel elders en dat is oké. Men hoeft niet altijd aan elkaar te kleven. "Het beste van het beste van het beste", hoor ik op de radio in een spot voor luxewagens. "Maak de anderen groen van jaloezie." Wat haat ik dergelijke, tot na-ijver aanzettende reclame, bedacht door mensen die niet weten waar het in het leven om gaat. Ergens slaat een kerktoren zes uur. De klok in de keuken tikt pedant en zelfzeker.

Op een terras aan de overkant klopt een onbekende, ondanks de regen, een deurmat uit. De koppigheid waarmee mensen hun onbenullige handelingen verrichten, kan mij vertederen. In de huizen vang ik glimpen op van interieurs en schimmige bewoners. Flarden van lijven, snap-shots van leven. Een meisje van wie ik alleen de voorarmen zie, zit achter haar laptop, o zoveel uren. Soms licht het vlammetje van haar aansteker op. Zou daar een meesterwerk worden geschreven ? Een jongeman loopt bleek en poedelnaakt door de kamer, maar zij gunt hem geen blik. Zij is op hem uitgekeken, of anders te zeer in de ban van haar roman.

Het appartement dat ik bewoon, bezit iets dat wel eens gemeenzaam 'een ziel' wordt genoemd. Het staat hier sinds de jaren 1950. Soms denk ik eraan hoe, op werkelijk élk moment van mijn leven, deze deurklinken en keukenkastjes al bestonden en gebruikt werden door mensen die nu zijn vergeten. Welke verzuchtingen, wat voor ontboezemingen zijn tegen deze muren opgeklommen ? Wat voor geheimen hebben deze kamers gezien, hoeveel wanhoop en enthou-siasme ? Hoeveel zwijgende, onopgemerkte nachten? Ik herinner mij driftige hakken op het parket. Het verhaal van een dame van wie het sjaaltje vuur had gevat.

In mijn kelder, in een van de nissen die gemetseld zijn om wijn in op te slaan, vond ik een stoffig maar goed bewaard kaartje : "Château Trillion - 1957. Contigu au Château Yques Grand cru Haut-Sauternes."

Restanten van joie de vivre van een halve eeuw geleden. Het testament van smaakpapillen die niet meer bestaan, terwijl dit kaartje tergend tastbaar is achtergebleven - tot en met de letter a, die door de typemachine iets hoger in het papier werd geslagen. Onmachtig.

Wat voor sporen zullen wij, zonder het te weten, achterlaten ?

woensdag 19 november 2008

zondag 16 november 2008

DAGDROOM - JOSEPHINE BANENS


Wat schaft de pot, zo vraag
je sleurrijk stipt in
wedloop met de klok van zes.
En als vanouds voel ik

mijn kruipend bloed, waar het niet
gaan kan, woedend kolken.
Als stomend stoofvlees hang
ik slovend boven pannen.

Dit is het dus geweest. Al jarenlang.
Maar nee, genoeg! Meer dan genoeg
jouw polonaise aan mijn lijf. Ik zing mijn liedje
van verlangen elders, wacht mijn kansen
en ontdek de tafel. Voor je het weet ben ik
alweer broodnodig in de keuken.

Daar tref ik dan mijn witte keukenprins en paard.
Hij tilt mij achterop en samen kiezen wij het ruime sop.
Zo af en toe steels achterom een kus, verraadt
zijn passie. Hartstocht laat zich nog maar nauw bedwingen.

En aangekomen bij het suikerzoet paleis
Kan ik mijn pril geluk niet op en wil wel zingen.
Ook zijn passie is zo te zien niet meer te stelpen.
Maar plotseling sta jij weer in de deur met: ‘Kan ik helpen?’.

zaterdag 15 november 2008

LEONARD COHEN - THE FUTURE - LIVE JULES HOLLAND




Give me back my broken night
my mirrored room, my secret life
it's lonely here,
there's no one left to torture
Give me absolute control
over every living soul
And lie beside me, baby,
that's an order!

Give me crack and anal sex
Take the only tree that's left
stuff it up the hole
in your culture
Give me back the Berlin wall
give me Stalin and St Paul
I've seen the future, brother:
it is murder.

Things are going to slide, slide in all directions
Won't be nothing
Nothing you can measure anymore
The blizzard, the blizzard of the world
has crossed the threshold
and it has overturned
the order of the soul
When they said REPENT REPENT
I wonder what they meant
When they said REPENT REPENT
I wonder what they meant
When they said REPENT REPENT
I wonder what they meant.

You don't know me from the wind
you never will, you never did
I was the little jew
who wrote the Bible
I've seen the nations rise and fall
I've heard their stories, heard them all
but love's the only engine of survival
Your servant here, he has been told
to say it clear, to say it cold:
It's over, it ain't going
any further
And now the wheels of heaven stop
you feel the devil's RIDING crop
Get ready for the future:
it is murder.

Things are going to slide ...

There'll be the breaking of the ancient
western code
Your private life will suddenly explode
There'll be phantoms
There'll be fires on the road
and a white man dancing
You'll see a woman
hanging upside down
her features covered by her fallen gown
and all the lousy little poets
coming round
tryin' to sound like Charlie Manson
and the white man dancin'.

Give me back the Berlin wall
Give me Stalin and St Paul
Give me Christ
or give me Hiroshima
Destroy another fetus now
We don't like children anyhow
I've seen the future, baby:
it is murder.

Things are going to slide ...

When they said REPENT REPENT ...

Een van mijn absolute favorieten. Let ook op de uitstekende backing vocals en muzikanten.

vrijdag 14 november 2008

TIRZA - ARNON GRUNBERG - ROMAN

De auteur Arnon Grunberg (35) is een winner. Voor zijn roman 'Fantoompijn' kreeg hij de AKO-Literatuurprijs, voor 'De mensheid zij geprezen' de Gouden Uil, voor 'De asielzoeker' alweer de AKO-Literatuurprijs, voor zijn roman 'Tirza' zelfs beide prijzen: de AKO én de Gouden Uil.


(Een stuk van) de plot. Jörgen Hofmeester is een loser. Hij speelt alles kwijt: zijn geld (hedge funds : nooit doen!), zijn vrouw, zijn werk als literair redacteur. Wat hem nog rest is een mooi huis in een sjiek stuk Amsterdam en vooral: Tirza, zijn jongste dochter. Het vaderschap is zijn hele bestaan geworden - en dat genereert het soort liefde dat men verstikkend noemt. Het eindexamenfeest voor Tirza, daar begint het boek mee, ze zal binnenkort met haar vriendje door Afrika gaan reizen. Dat feest duurt haast driehonderd pagina's, flashbacks inbegrepen: Grunberg neemt dit keer z'n tijd, maar misbruikt 'm niet. Tirza's moeder is ook op het feest: enkele dagen eerder is ze na een jarenlange afwezigheid bij haar man teruggekeerd. Ze wil... Ja, wat wil ze eigenlijk? Zoiets als constateren, misschien zelfs op perverse wijze celebreren, dat hun beider leven, dat van Hofmeester en haar, kapot is. 'Kijk goed, Jörgen, wij zijn de restanten. Wij zijn wat ervan over is. Van ons, van het beest in ons.' Maar niet alles aan Hofmeester is kapot, zo wordt in de loop van dat feest duidelijk. We krijgen, in het tuinschuurtje, al een glimp van het nog levende beest in hem als de broek op de grond gaat wijl hij zich op één van de jeugdige gasten werpt. Veel meer beest zal nog worden bevrijd als gevolg van Hofmeesters eerste ontmoeting, op datzelfde feestje, met Tirza's Marokkaanse vriend. Hofmeester merkt aan de man die zijn oogappel bij hem zal weghalen meteen iets wat zij zelf niet ziet: Choukri lijkt als twee druppels water op Mohammed Atta , de hoofddader bij de misdadige sloop van de WTC-torens. Alle angsten en teleurstellingen van Hofmeester worden samengebald in zijn obsessieve haat voor deze 'Atta': dat zal beslissend zijn voor de afloop van deze roman, maar het maakt van 'Tirza' ook een boek dat op hoogst intelligente wijze meepraat over het tijdsgewricht post 9/11 .
Uit het juryrapport. ''Tirza' is een door een ingenieuze plot gekanaliseerde en door prachtige dialogen gestuwde queeste naar een wrang stuk waarheid over de menselijke omgang.' (MS - HUMO)

Het eerste boek dat ik van Grunberg heb gelezen is een beklijvende ervaring. Ik heb te lang gewacht om werk van deze auteur te lezen. Morgen ga in naar de bibliotheek om Fantoompijn te ontlenen.

donderdag 13 november 2008

IEDEREEN FAILLIET - JEAN-PAUL MULDERS

Het doet iets, geschiedenis mee te maken. Nog maar een paar keer had ik het gevoel dingen te zien gebeuren waarover men over honderd jaar nog zal praten : de terroristische aanslagen van 9/11 en de financiële crisis die door de wereld waart, als een spook gehuld in ritselende bankbiljetten. Voor de rest heb ik geschiedenis vooral uit de boekjes, van de moord op Franz Ferdinand tot het afwerpen van de atoombom. Hoe huiveringwekkend moet het geweest zijn dat op de radio te horen. Of misschien ook helemaal niet, want nooit heb ik mijn grootmoeder horen zeggen wat zij aan het doen was toen in Hiroshima tienduizenden mensen verdampten. Wellicht was zij soep aan het koken, of dronk zij karnemelk.

De ergste crisis in honderd jaar, hoor ik Leterme vertellen. Honderd jaar ! Dat is langer geleden dan het zinken van de Titanic. Dat is langer dan Money money money van Abba bestaat. Dat is langer geleden dan zowat alles waaraan ik geregeld denk. Het vreemde is dat we deze stormen op de financiële markten rustig kunnen aanschouwen, vanuit een comfortabele fauteuil, als een spannende film. Schijnbaar veilig, in de warmte, hoor ik in het nieuws hoe experts zich afvragen of Zwitserland failliet zal gaan. Mocht je die mogelijkheid enkele weken geleden geopperd hebben, vingers hadden op slapen getikt als frenetieke spechten.

De hamvraag, om een vlezige uitwas van het Nederlands te gebruiken, is of deze crisis beperkt zal blijven tot het bekijken van een thriller met internationale allure, of dat hij ons dagelijks leven grondig zal ontwrichten. Zullen op het verschrompelen van de aandelen massale ontslagen volgen, mensen die huis en auto moeten verkopen, mensen die kou en honger lijden, kindjes die met koortsige ogen in lenzen van camera's kijken ? Moeders die zich, om deze bloedjes te voeden, moeten verkopen aan vadsige venten ? Voorlopig lijkt dat mee te vallen. Ik hoorde nog niet van mensen die zichzelf uit het raam hebben gegooid, zoals bij de krach in 1929 het geval schijnt te zijn geweest.

Dat betekent nog niets, natuurlijk. Voorlopig kent niemand de impact van deze gebeurtenissen. Om de een of andere irrationele reden zijn mensen onverbeterlijke optimisten, die er instinctief van uitgaan dat de toekomst mooier, groter en gezonder zal zijn. Zo ging het bij de vorige generatie, die nog in de slijkpoel van het fascisme is geboren, maar amper twintig jaar later de Golden Sixties beleefde, een tijd waarin je met bloemen in je haren mocht lopen en niettemin al hard je best moest doen om géén villa plus appartement te verwerven. Zelfs mijn vader bezat deze dingen, terwijl hij een eenvoudig kunstenaar was die altijd zijn zin heeft gedaan. Dat laatste zit geloof ik een beetje in de familie.

Gaat straks iedereen failliet ? Behoor ik tot de eerste generatie die in weelde is geboren maar in armoedigheid zal vergrijzen ? Het is een verontrustende gedachte en ik duw ze van mij af, omdat ze betekent dat het beste al voorbij zou zijn. Dat wil niemand graag toegeven.

Ik ontvang een opwindende sms. Ik hoor Leonard Cohen in het echt.

Er is een columnbundel van mij uit, opgedragen aan mijn grootmoeder. Het gemis dat op haar dood volgde, is teruggedrongen en heeft zich verschanst in de centrale verwarming, waar ook wat lucht in zit, zodat het lijkt alsof in een hoek van de kamer constant een mannetje staat te wateren.

Er komen fonkelende, beslagroomde tijden, daar ben ik zeker van. Daar wil ik in blijven geloven. Zo'n crisis heeft ook voordelen, las ik ergens, al was het maar dat er minder vervuild zal worden en dat de prijzen van voeding en huizen weer zullen dalen. De Amerikanen worden minder arrogant en het besef wint veld dat gouden parachutes pervers zijn. Misschien zullen sommigen zelfs eindelijk inzien dat voetballers geen halfgoden zijn, maar beoefenaars van een in wezen vrij banaal spelletje.

Zo ver is het nog niet, gelukkig. Op het moment dat ik dit schrijf, staat er buiten 350 kilometer file, omdat het dinsdag is en de wegen er nat bijliggen. Die zekerheid hebben we tenminste. In tijden waarin alles wankelt, kunnen we terugvallen op de onwrikbare gemoedelijkheid van een regenfile.

P.S.: Jean-Paul, de afbeelding is een Zwitserse roomsoes!


woensdag 12 november 2008

dinsdag 11 november 2008

VROUWENDAG


Vandaag is het Vrouwendag. Ik dacht dat er al een Internationale Vrouwendag was geweest op 8 maart 2008. Ik heb vandaag de kop en de titel van mijn blog aangepast. Het is tijd voor verandering, 'change'. Waar heb ik dat nog gehoord?

Mannen hebben nu tijd genoeg gehad om zich te bewijzen. De meeste mannen zullen mijn betoog niet in dank aanvaarden, ze zullen mij waarschijnlijk vleierij en eigenbelang verwijten. Ze hebben ongelijk.

Wat is de realiteit? Nationaal: hoeveel procent vrouwen zitten in de verschillende regeringen? Hoeveel procent vrouwen zitten in Raden van Bestuur? Hoeveel vrouwelijke CEO's zijn er bij topbedrijven? Internationaal: hoeveel vrouwelijke wereldleiders lopen er rond?

WE'LL MEET AGAIN - VERA LYNN




Voor alle slachtoffers van oorlogen.

zondag 9 november 2008

VADERS - JOHANNA KRUIT


Knuffelen gaat niet zo goed.
Ze roepen hé joh, je weet het hè,
en lezen de krant.

Over de rand kijken ze mee
hoe je je huiswerk doet
of niet.

Je staat versteld van
wat ze weten over de wereld.
Meer dan van jou bijvoorbeeld.

Vaders zijn zo. Ze laten niets merken
tot er iets is.
Dan leer je ze kennen als moeders.


uit: 'Als een film in je hoofd', 1989

zaterdag 8 november 2008

BELGIË HEEFT EEN OBAMA NODIG - CARL DEVOS



Zou mevrouw De Gucht gehandeld hebben met voorkennis van meneer De Gucht? Het onderzoek, van parket en CFBA, zal het uitwijzen. De aantijging is zwaar, bewijzen leveren uiterst moeilijk. Zelfs indien die niet gevonden worden en Karel De Gucht dus vrijuit gaat, is er nog blijvende imagoschade. Dat is jammer, ook voor De Gucht geldt de onschuld zolang het omgekeerde niet bewezen is.

Het is jammer dat een onbewezen anonieme klacht blijvende schade kan nalaten, maar het is wel zo. De rechtstaat kan De Gucht vrijspreken, in deze angstige tijden vol ergernis zal hij door sommigen veroordeeld worden. Er blijft altijd een beetje viezigheid hangen.

Boze kilte


De politiek loopt voor geen meter, de economie slaat om, er is wantrouwen en onrust. Zo’n klimaat is ideaal voor antipolitiek en populisme. Er hangt weer schandalitis in de lucht. Elk bericht over vermeende inbreuken wordt gezien als het bewijs van de verrotting van dit corrupte politieke systeem.

De politiek draagt bij tot deze boze kilte. Het communautaire spook verjaagt het vertrouwen. De evacuatie van de staatshervorming naar de deelstaten loste niets op. Er klinken onheilspellende berichten over de communautaire dialoog. Het is niet de enige belofte die in de kou blijft staan. Veel belangrijke dossiers blijven door onwil en nijd geblokkeerd.

Open VLD verwijst herhaaldelijk naar het einde van Leterme I. Het scenario om, op het juiste moment, Verhofstadt weer naar voren te halen, klinkt steeds luider. Verhofstadt levert in zijn eentje een paar procenten op, zo wordt gedacht. Maar vooral: hij kan in Open VLD het enthousiasme, dynamisme en vertrouwen opkrikken. Alleen is het nu nog te vroeg. De roep om oude leiders illustreert de moedeloosheid van de huidige elite.

Hebben wij deze regering echt verdiend?


Open VLD zit slecht in zijn vel. Moerman nam ontslag na harde kritiek van de Vlaamse ombudsman. Dewael bleef zitten ondanks de fouten van zijn naaste medewerkers. Noch in de zaak-Slangen, noch in de zaak-De Gucht is ook maar iets bewezen, maar ook hier blijft smet rond Open VLD hangen. Op het communautaire konden ze niet scoren, in het sociaal-economische lukt het ook niet meteen. In een Vlaamse minderheidsregering telt de onrust van een Vlaamse partij dubbel.

Leterme I beslist om de begroting te herzien nog voor die in het parlement is ingediend. Om de vliegtaks terug te roepen nog voor die is goedgekeurd. Was het nu echt zo moeilijk om tijdens de begrotingsopmaak de werkgelegenheidsimpact even te bekijken? Te overleggen met de deelstaatregeringen om na te gaan of deze lastenverhoging juridisch kon en paste binnen de federale loyaliteit? Het is bijna niet meer om aan te zien. Hebben wij deze regering echt verdiend?

De begroting was een illusie, ze wordt het elke dag nog meer. Hoe vaak de premier ook mag herhalen en herhalen en herhalen dat zijn regering de financiële crisis goed oploste, Leterme I raakt niet van de indruk verlost dat ze een van de slechtste regeringen van de afgelopen jaren is.

Fundamentele malaise


Het valt trouwens nog te bezien hoe goed de regering de financiële crisis aanpakt. Het recht op eigendom, een fundamenteel principe van de rechtstaat en van de kapitalistische vrijemarkteconomie, valt niet zomaar opzij te schuiven.

Het vennootschapsrecht bepaalt dat de aandeelhouders-eigenaars zelf beslissen over het lot van hun onderneming. Tijdens de financiële vuurzee bleek dat niet mogelijk, primeerde het algemeen belang, maar het zou niet slecht zijn mocht in een parlementaire onderzoekscommissie nagekeken worden wat daar precies gebeurde. Of het echt niet anders kon. Ook dat is een bron van onvrede en boosheid. Zo kan ook die verdachtmaking verdwijnen, het verwijt dat de regering zich een Belgisch kroonjuweel uit handen liet spelen.

In deze sputterende regeringen zijn er uitzonderingen, zoals bijvoorbeeld Inge Vervotte of Jo Vandeurzen. Die laatste behoort ongetwijfeld tot de beste politici van zijn generatie, die eerste zou het kunnen worden. Maar hun werk komt moeilijk naar buiten in alle berichten over dit kwakkelkabinet. Leterme I moest ons het paarse gepruts doen vergeten, maar slaagde daar nog geen minuut in.

De malaise is echter fundamenteler. Er is een crisis van de politieke elite. Een crisis van de (top van de) particratie. In ons land is de gezondheid van die particratie doorslaggevend voor het functioneren van het hele politieke systeem.

Valkuilen zijn talrijk


Overloop de partijen: bij Open VLD is de trojka Dewael-De Gucht-Somers gekwetst, bij CD&V komt Marianne Thyssen er niet veel aan te pas en vormen Peeters en Leterme geen tandem (cfr. vliegtaks), sukkelt de partij met haar communautaire beloftes en raakt de federale regering maar niet op dreef.

Bij de SP.A is de positie van Caroline Gennez niet die van een sterke leider, de Vlaamse socialisten zoeken nog steeds zonder succes een uitweg uit hun verlies.

Hoewel Vlaams Belang er niet toe doet, zit het ook daar fout. Bij Groen! gaat het beter, maar de interne openlijke kritiek op Mieke Vogels van nog niet zo lang geleden illustreert hoe broos dat groene gevoel is. Federaal loopt de groene oppositie lekker, maar het rendement is onzeker. Bij de N-VA is de eenheid sterk, maar die partij heeft veel van haar relevantie verloren.

De enige die wind onder de zeilen heeft, is LDD. De partij heeft last van inwendige kinderziektes, de partijleider neemt risico’s, maar komt daar voorlopig mee weg. De weg is nog lang, de valkuilen talrijk.

Kunnen we?


Er zijn veel oorzaken, maar samen leiden ze ertoe dat er geen sterke leiders meer zijn die er toe doen. Net op een moment dat we ze heel hard missen.

België heeft een Obama nodig. Niet om waar hij precies voor staat.

Maar om wat hij oproept. Optimisme. Geloof. Verandering. Hoop.

Kunnen we?

vrijdag 7 november 2008

THE TEARS OF JESSE JACKSON SR.


Na het voetbal, gisteravond, zapte ik nog eens naar De Laatste Show op Eén. Luka Bloom had juist plaats genomen op het podium. Hij vertelde dat hij getroffen was door de tranen van Jesse Jackson Sr. bij de overwinningsspeech van Barack Obama. Hij voegde eraan toe: 'Het waren tranen van vreugde omwille van de historische verkiezingsuitslag, de eerste 'zwarte' president van de Verenigde Staten van Amerika maar waarschijnlijk ook van verdriet omdat zijn gedachten teruggingen naar de betreurde Martin Luther King.'

Ik was ook ontroerd toen ik woensdagavond Obama, na zijn verkiezingsoverwinning, die enorme menigte zag toespreken. Het gemak waarmee hij de juiste woorden vond zonder spiekbriefje, de perfecte timing, de begeestering naar zijn publiek toe. Dit alles bezorgde me kippenvel.

Synoniemen voor begeestering zijn geestdrift, hartstocht en bezieling. Allemaal van toepassing op die geweldige figuur die Barack Obama is. Toegegeven hij moet het allemaal nog waarmaken en er dient nog een lange weg afgelegd. Maar het stemt mij hoopvol dat een hele natie, en ook een groot deel van de rest van de wereld in de ban zijn van zijn ideeën.

Ik wil nog even terugkomen op de tranen van Jesse Jackson Sr. Toen ik het filmpje op You Tube opzocht zag ik dat de commentaren niet unaniem lovend waren. Sommigen verweten Jackson een hypocriete houding en dat zijn tranen 'gefaked' waren. Ik begreep er niet veel van tot ik op site van de Volkskrant een artikel las met als titel: "Jesse Jackson-rel toont kloof Obama en oude zwarte leiders" Even een klein stukje uit het artikel ter verduidelijking:
Het relletje begon toen vader Jackson afgelopen zondag, vlak voor een tv-interview op Fox News, over Obama praatte zonder te beseffen dat de microfoon aan stond. ‘Hij doet uit de hoogte tegenover zwarte mensen’, zei Jackson op fluistertoon. ‘Ik wil zijn ballen eraf snijden.’
Zo zie je maar dat een wenende mens niet op iedereen hetzelfde effect heeft.

Ik heb me nog nooit beter gevoeld dan iemand anders. Die racisme- en segregatietoestanden, ik kan daar met mijn verstand niet bij. Waar mijn verstand ook niet bij kan is dat twee politiekers zich kostelijk amuseren op een terrasje met het zingen van liedje over een Joods meisje dat verbrand wordt in Dachau. Ik word er misselijk van.

donderdag 6 november 2008

ANORAK - JEAN-PAUL MULDERS


Hoe komt het dat vrouwen, als je ze een compliment geeft over een kledingstuk dat ze dragen, of het nu een rokje of een cache-coeur betreft, dit compliment meestal niet gewoon in dank aanvaarden, maar geneigd zijn te zeggen : "Oh, dat ? Maar dat heb ik al jaaaren !"

Die vraag hield mij bezig terwijl ik op zaterdagochtend heidens vroeg al op de trein naar Genk zat, waar ik een lezing voor een krans toffe dames zou geven.

"Vrouwen willen er niet alleen goed uitzien, ze willen ook dat het lijkt alsof hen dat geen enkele moeite heeft gekost", vertrouwde een übervrouwelijke vriendin mij over de kledingkwestie toe. "Ze willen ravissant worden bevonden, zelfs in vodjes van zeven jaar oud. Je mag niet weten dat hun outfit met zorg bij elkaar is gezocht. Dat doet afbreuk aan hun naturel. Aan hun godinnelijke status."

Wat die vriendin zei, leek hout te snijden, hoewel het ook merkwaardig ingewikkeld was. Maar dat vond ik wel vaker van de inside informatie die zij me over vrouwen verschafte. Ze had mij eens beloofd mij alles over ze te zullen leren. Dat beviel mij wel. Voortaan had ik mijn spionne binnen de rangen van het andere geslacht. Mijn roodgelakte, hooggehakte paard van Troje.

Intussen gleed de trein verder door het landschap, zoals treinen nu eenmaal geneigd zijn te doen. Het was zo'n dubbeldekker, die in mij nog altijd het kinderlijke verlangen opwekt op de bovenste verdieping te gaan zitten en vanuit zwaluwperspectief de koetjes in de wei te aanschouwen. "Beeeeuuuuuu !", roept mijn dochtertje van achttien maanden dan altijd zeer pertinent, als ze koetjes ziet staan in de wei. Ondanks het feit dat ik jong van hart ben gebleven, vond ik mij toch net iets te opgeschoten voor deze frivoliteit. Het heertje aan de overkant, dat in de International Herald Tribune zat te lezen, zou er niet om kunnen lachen. Dat zag je.

Verderop, schuin tegenover mij, zat een jongen die eruitzag als een kapo. Hij had gaten in zijn gebit, kortgeschoren Arisch haar en zijn kop was even arrogant als zijn voeten, die hij ongegeneerd liet rusten op de bank. Het vreemde was dat hij dingen zei die niet bij zijn crapuleuze voorkomen pasten. Namen van elementen. Scheikundige formules in het Frans, zo zacht uitgesproken dat ze powetisch werden. Bérylliom. NHquatreNOtrois. Het was alsof ik naar een gedubde film zat te kijken.

"We komen aan in Bokrijk", meldde het informatiepaneel in de trein droogjes. Op dit vroege uur vond ik dat tamelijk grappig. Nooit gedacht dat je in Bokrijk ook kon wonen, achtervolgd door hoongelach. Op het perron stond een reclamebord dat beloofde : "Scherpe prijzen voor anoraks !" Ik proefde het woord : anorak. Lang geleden dat ik dat nog eens gehoord had. Een anorak, wat zou ik dáármee moeten aanvangen ? Het kledingstuk leek mij lelijk en compleet overbodig. Van alle dingen in de wereld was een anorak zowat het laatste wat ik wou kopen. Toch brachten de afgebeelde anoraks, en dan vooral de rode, een wereld van geborgenheid in mij naar boven. Via de vreemde wegen van de associatie deden ze mij aan gure winterdagen denken en aan warme melk. Aan liefde en aan passe montagnes. Aan het mooie, rode, Zwitserse zakmes dat mijn grootmoeder voor mij kocht toen ik twaalf was.

Ik zie ons nog staan, in die winkel, ik laaiend enthousiast over dat mes dat een zaagje en een schaartje en een schroevendraaier had. Er waren er zelfs met een tandenstoker en een loep, de grootste modellen, en meter beloofde dat ik er zo een zou krijgen op mijn achttiende verjaardag. Het zijn van die dingen die je onthoudt, ook al is het er nooit van gekomen.

Het mes dat ik wél kreeg, een tussensoort, bezit ik nog altijd. Soms kan ik daar verbaasd naar zitten kijken omdat het zo glad en perfect en handig is gebleven, terwijl een universum daaromheen tot puin is vervallen en grootmoe nu zelfs niet meer weet wat het betekent, zakmes - evenmin trouwens als anorak of melk. Met deze woorden blijf ik achter, alsook met de fles shampoo van Yves Rocher die zij mij kort voor haar dood heeft geschonken en waarmee ik mij na het zwemmen wekelijks de haren was, altijd even fronsend. Stimulierendes Shampoo, staat erop te lezen. Anti-Haarausfall.

De lieve ontoereikendheid daarvan.

Reacties : jp.mulders@skynet.be


woensdag 5 november 2008

dinsdag 4 november 2008

VIA CON ME - IT'S WONDERFUL - PAOLO CONTE




Lachen doet altijd deugd

maandag 3 november 2008

GEMEEN - DAAN DE LIGT



mijn broertje woont al maanden niet meer thuis
hij kreeg een mooie en een grote kamer
met heel veel beren in een ziekenhuis

ze vinden hem het liefst van allemaal
ik vind hem stom, want hij wil niet meer spelen
hij ligt daar maar op bed, z’n kop is kaal

m’n moeder zegt je broertje gaat op reis
vanuit de wolken zal hij naar ons zwaaien
hij krijgt er heel veel speelgoed, snoep en ijs

ik vind dat allemaal gewoon gemeen
want ik moet hier naar school en achterblijven
in onze kamer slaap ik helemaal alleen


Met dit gedicht won Daan de Ligt de eerste prijs in de Meander kinderpoëzie-wedstrijd

zaterdag 1 november 2008

STAND-UP COMEDIAN



Ik word een podium opgeduwd. Het licht van de spot verblindt me. Ik staar naar de gezichten op de eerste rij. Ik herken ze allemaal. Vol verwachting kijken ze me aan.

Wat doe ik hier? Wat verwacht het publiek van mij? Heb ik mij ergens voor ingeschreven? Ik zoek oogcontact met Rik op de eerste rij. Rik lacht en steekt zijn duim omhoog.
Ik kijk om me heen en zoek een uitweg. Ik doe een paar passen naar achter en bots op een wand van plexiglas. De enige vluchtweg ligt voor mij, van het podium springen en de zaal uitrennen.

Ik twijfel, de stilte is ondraaglijk, ik moet iets doen. In kleine gezelschappen kan ik mij goed uit de slag trekken en de mensen doen lachen. Maar ik moet me rechtstreeks tot mensen kunnen richten en in dialoog gaan of ik heb een aangever nodig zoals Gaston Berghmans ,Leo Martin en André van Duin, Frans van Dusschoten.

Ik voel een druppel zweet uit mijn linker oksel langs mijn flank glijden. Ik zing graag maar ik kan niet zingen. Voorlezen uit eigen werk is ook geen optie want ik heb geen eigen werk. Gedichten voordragen ook niet. Ik ken het begin van een aantal gedichten maar daar schiet ik weinig mee op. Verdomme, waarom heb ik geen bundel van mijn favoriete gedichten op zak, ik zou er een paar kunnen voorlezen om tijd te winnen.

Als ik nu niets zeg, vrees ik dat de zaal, binnen luttele seconden in koor gaat roepen: 'Marc kan het niet aan, Marc kan het niet aan, Marc kan het niet aan.'
Er schiet mij een mop te binnen die ik gisteren doorgemaild kreeg over een Turks jongetje dat Belg kan worden als het 9 op 10 haalt voor Nederlands en voor wiskunde.

Ik besef dat 'improviseren', 'afgaan als een gieter' en 'een beetje sterven op het podium' belangrijke eigenschappen zijn van een goede stand-up comedian. Ik waag het erop, wat heb ik tenslotte te verliezen?
Goedenavond dames en heren, beste vrienden hoor ik mezelf schaapachtig zeggen. Even schiet het door mijn hoofd om luidop de kreet 'Is everbody happy?' de zaal in te slingeren, kwestie van er wat sfeer in te brengen. Ik kan me nog net op tijd inhouden.

Gemaakt enthousiast begin ik te vertellen: Achmedje ging naar school en vroeg aan de meester: 'Hoe kan ik Belg worden?' De meester antwoordt:' Als je een 9 hebt voor Nederlands en een 9 hebt voor wiskunde, dan ben je voor mij een Belg.'
Achmedje gaat naar huis en begint te leren en te leren. Op het einde van het jaar heeft hij een 9 voor Nederlands en een 9 voor wiskunde.
Hij gaat naar huis en zegt dolblij tegen zijn moeder: 'mama, mama, ik heb een 9 voor Nederlands en een 9 voor wiskunde, ik ben nu Belg.'
Die moeder wordt vreselijk kwaad: 'Gij nooit Belg, gij Turk' en geeft klein Achmedje een pak rammel...

Plots realiseer ik mij dat dit mopje de racistische toer opgaat. Wat moet ik doen? Moet ik eerst uitleggen dat ik absoluut geen racist ben en dat het maar een vertelselke is, moet ik voorwenden dat ik het vervolg kwijt ben door de enorme stress die zich van mij meester heeft gemaakt en overschakelen op Baziel die in Tirol met zijn auto achterwaarts een berg opreed omdat hij bang was dat hij op de top van de berg niet zou kunnen draaien. Angstzweet breekt mij uit. Ik besluit het verhaal van Achmedje af te maken en daarna bewusteloos neer te vallen op het podium.

Even later komt zijn vader thuis en Achmedje zegt dolblij: 'papa,papa, ik heb 9 voor Nederlands en 9 voor wiskunde en ben nu Belg.' Die vader regeert woest en roept: 'gij nooit Belg, gij Turk' en ...

Het wordt zwart voor mijn ogen en ik verlies het bewustzijn. Mijn hoofd slaat met een harde klap tegen de plankenvloer en ik schiet wakker. De zoveelste nachtmerrie is mijn deel.