NIEUWS     VERKEER      CULTUUR      WEER     SPORT     CONTACT         

zaterdag 30 januari 2010

MIJN 'MAN BIJT HOND' - BARBARA ROTTIERS


1.164.988: Zoveel mensen keken er afgelopen woensdag naar Man bijt hond. Het waren er nog nooit zoveel geweest.
Dus hebben veel kijkers bijvoorbeeld kunnen genieten van het filmpje over Eugène die zijn auto dagelijks in en uit de garage rijdt, met maar 3 cm ruimte aan elke kant. Je had de neiging om naar het scherm te roepen: “Opgezet spel! Dit kan niet!” Maar het punt is dat niemand zoiets verzint… En de kracht van Man bijt hond? Dat het zulke situaties net wèl vindt.

“Dat is nu echt iets voor in Man bijt hond!” Hoe vaak heb je dat trouwens zelf al niet gezegd als je bepaalde mensen tegenkomt of in rare situaties verzeild raakt? Het programma is na ruim twaalf jaar zo ingeburgerd dat ook mensen zonder televisie dan meteen begrijpen wat je bedoelt, als je dus zegt: “Dat is nu echt iets voor in Man bijt hond!”.

Puur voor de lol heb ik eens de oefening gemaakt en mijn eigen buurt door een Man bijt hond-bril bekeken.
Zie hier mijn geschreven-maar-denkt-u-er-de-beelden-even-zelf-bij Man bijt hond uit het hart van Borgerhout.

A. De vrouw met de stakende hond

Weer of geen weer, een hond jaagt de mensen de straat op. De stakende hond in kwestie is een langharige teckel en het huisdier van een hoogbejaarde vrouw in een lange regenjas op pantoffels (altijd pantoffels).
De hond is niet oud. De hond is niet ziek. Hij is gewoon koppig. Die teckel weigert namelijk te wandelen. Maar hij moet, voor zijn plasje, voor zijn kakje, voor zijn eigen goed.

Het baasje van de stakende hond ondergaat haar lot gedwee. Regelmatig fiets ik het stel in de buurt voorbij. De langharige teckel ligt dan meestal op zijn rug op de grond, met zijn poten alle vier loodrecht in de lucht. Na een paar minuten, maar het kan soms langer duren, staat hij recht, laat zich een paar meter vooruit trekken en om vervolgens weer te gaan liggen.
Het vrouwtje staat naast hem, niet kwaad, niet gehaast, ze wacht af. Af en toe kijkt ze op haar horloge. Dat is alles. En ze wacht tot hij weer verder wil want trekken of sleuren, het heeft allemaal geen zin.
Van fuchsia poedel tot pitbull in een jasje, we hadden op hondengebied al het een en het ander zien passeren. Maar een hond die staakt? Neen, dat nog niet.

B. Van twee bronstige bejaarden

Het gaat er bij de redactie van Man bijt hond om om altijd, overal waar je komt, alert te zijn. Dus bijvoorbeeld ook in de inkom van het zwembad. Daar zat ik laatst op een bank te wachten op m’n zwemmaatje. Mijn aandacht werd afgeleid naar het gesprek tussen twee bejaarde mannen op de bank naast me. Ik schatte ze een jaar of tachtig, niet veel meer, niet veel minder. Twee sportieve mannen op leeftijd, hun baantjes al getrokken.
Zegt de ene man, laten we hem voor het gemak Marcel noemen, tegen de andere, dopen we hem even François: “Ik stap maar eens op. Ik moet op tijd zijn voor het eten.”
“Ah, eten jullie nog altijd warm op de noen?” vraagt François.
“Ja, natuurlijk, nog altijd,” zegt Marcel.
“Enne… kookt ze nog goed, die van u?”
“Manneke, lekker dat dat iedere keer is!” zegt François.
“Zeg, en zit ze er nog altijd zwaar in?” Deze vraag wordt ondersteund door een gebaar waarbij zijn beide armen een grote bocht in de lucht maken. Het is duidelijk dat Marcel naar het postuur van de echtgenote van François vraagt.
“Vroeger was ze mollig, maar nu niet meer. Nee jong, vermagerd is ze, op dieet, nog 60 kilo weegt ze. Schoon zenne.”
De hanen staan allebei op scherp ondertussen. En ik doe natuurlijk of ik niets hoor.
“Oh, die van mij ook manneke,” zegt Marcel, want het was al eerder duidelijk dat hij zich niet ging laten vloeren, “Heel goed onderhouden.”
François, ook een competitiebeest zijnde, buigt voorover naar Marcel en fluistert iets te luid in diens oor: “En ze heeft nog altijd zulke ferme borsten.”
Waarop Marcel zegt: “Och, manneke, en die van mij dan! Prachtig! C-cup, nog altijd. Allé vooruit, ik moet vertrekken of het eten is koud. Salut François, tot de volgende keer.”
“Dag Marcel, tot de volgende keer!”

C. Meneer Papie geeft de bloemen water

In mijn buurt wonen nog meer mensen een reportage waardig. Neem nu Meneer Papie. Meneer Papie is niet gelukkig. Dat zie je. Dat merk je. Soms trekt hij zich dagen terug zonder iets van zich te laten horen en dan duikt hij ineens uit het niets weer op. Meneer Papie is Congolees. Hij vindt zijn draait niet in ons land. Maar meneer Papie heeft een manier gevonden om niet ten onder te gaan, om zijn eigen noorden altijd terug te vinden.
Sinds een poos blaken de bloemen in zijn straat van gezondheid. De plantenbakken zijn voluit groen, de bloemen fris rood of paars of wit, al naar gelang het seizoen. Hoe dat komt? Omdat meneer Papie nu alle bloemen in de straat water geeft. Water mag hij nemen bij zijn onderbuurvrouw, dat hebben ze nu zo geregeld. Meneer Papie, zijn gieter en bloemen, goed voor een plek in Mijn Man bijt hond.

D. Ieder zijn lied voor Haïti

En om het wereldnieuws niet te vergeten, ook nog een lied ter afronding. Het spreekt voor zich dat iedereen mag meezingen al naar gelang hij of zij gebekt is. De opbrengst gaat naar het goede doel. (bron: deredactie.be)




vrijdag 29 januari 2010

COBRA.BE IS DE NIEUWE CULTUURSITE VAN DE VRT



Vandaag is de website Cobra.be gelanceerd. Cobra.be bundelt het cultuuraanbod van de VRT. De site brengt de culturele actualiteit, ontsluit archiefmateriaal en heeft een uitgebreide agenda.

Cobra.be is de derde themasite van de VRT, naast deredactie.be (nieuws) en sporza.be (sport).

De klemtoon van de nieuwe cultuursite ligt op audio en video. De surfer vindt er de cultuuritems terug uit de lopende radio- en tv-programma's van de verschillende VRT-netten en exclusief materiaal, zoals recensies, blogs, interviews, reportages en originele rubriekjes. Daarnaast kan de gebruiker er ook grasduinen in het rijke cultuurarchief van de VRT.

Cobra.be werkt ook nauw samen met de culturele sector. De cultuurhuizen kunnen zelf hun audiovisuele content op de website plaatsen, maar ook content van Cobra.be overnemen op hun site.

Cobra.be biedt ook een uitgebreide agenda aan in samenwerking met Cultuurnet Vlaanderen. Er kan via de website ook gezocht worden in de database van Uit in Vlaanderen.

Ook Klara.be zit in een nieuw kleedje. De website zal voortaan focussen op het programma-aanbod van de gelijknamige radiozender. (bron: deredactie.be)


donderdag 28 januari 2010

HEEMKUNDIGE EN WANDELAAR - JEAN-PAUL MULDERS


GO LINDA, GO!

Wat tegenwoordig enigszins overschat wordt in de samenleving, is de factor joligheid. Je kunt geen radio- of televisietoestel aanzetten of er gutst een geut grapjurken uit die gevat uit de hoek willen komen. Nu hoeft die billenkletserij voor mij niet altoos. Het leven is wreed en ontroerend en groots en banaal, wanstaltig en schoon, verrukkelijk en weerzinwekkend, perfect passend en tegelijk gebrekkig aan elkaar genaaid, en af en toe geestig maar lang niet altijd.

Zorgwekkend wordt het als politici de rol van stand-upcomedians overnemen, zoals onlangs die Michel D., mijn god wat een ramp. Jolig genoeg, daar niet van, maar als ik zo'n gezwemvliesde clown het spreekgestoelte zie opwaggelen dan word ik onpasselijk. De senatoren in het halfrond, de schaarse die toevallig voorhanden waren, die keken niet verbijsterd neen, die zaten ook maar wat te gniffelen - beducht als zij waren voor ernst die stemmen kon kosten.

Dat die Michel dan de hand boven het waterhoenkopje gehouden wordt, dat er een Facebookgroep te zijner gunste wordt opgericht en dat mensen zijn handtekening vragen, terwijl hij hen uitlacht in hun gezicht en naarstig belangen vermengt, dat zijn dingen die ik moeilijk kan vatten. Zo is er wel meer natuurlijk. Zo vat ik ook niet waarom mensen geïnteresseerd zijn in de handel en wandel van leden van koningshuizen, of in veldrijden op zondag, of waarom zij met duizend samentroepen in een verwarmde hangar om de begrafenis bij te wonen van een jong koppel dat zij nooit hebben gekend maar dat het ongeluk had te worden omgebracht.

Had men als thrillerauteur de Gemengde Brigadestraat in Loksbergen verzonnen als locus delicti, men zou door de lezer zijn uitgelachen. Het zijn plaatsnamen voor in stripverhalen maar de werkelijkheid heeft de fictie ingehaald. Een golf van verontwaardiging trekt door de mensen, je hoort zeggen ze gaan zo'n monster toch zeker niet onderhouden op onze kosten ? Maak hem kapot ! We zijn geschokt en verbijsterd en kunnen niet geloven dat zoiets bestaat - ondanks de Vampier van Muizen, de Acid bath murderer, de Yorkshire Ripper, de Tourist from Hell, de Riverside prostitute Killer, Son of Sam, de Rainy Night Murderer, the Belgian Beast, de Pied Piper of Tucson, het Monster van de Ardennen, Armin Menschenfresser en de Woestijnvampier van Teheran*.

Dit alles, en nog een paar dingen, overpeins ik in een zwart met goud geverfde bar, toevallig twee tafels verwijderd van Jeroen M., die op dinsdagavonden het lievelingsgerecht van beroemde schrijvers en staatslieden nakookt, maar nu iets doodgewoons zit te verorberen. Naast mij leest een vrouw de krant die ik ook zou willen lezen, tergend langzaam, alsof zij de artikelen uit het hoofd probeert te leren. Misschien hoopt zij deel te kunnen nemen aan de Slimste Mens, waar Linda D.W. onlangs met poeha is buitengekegeld. Haar gebrek aan joligheid was wereldnieuws in onze kwaliteitsmedia.

Ze spelen Louis Armstrong in de bar. Er treedt een dochter binnen met haar moeder, aan wie je nu al kunt zien hoe de dochter over dertig jaar zal worden. De moeder haalt wol en pennen tevoorschijn en begint te breien aan een veelkleurig sokje. De dochter lijkt zich daar in het geheel niet voor te schamen en dat vind ik prachtig.

Als ik het etablissement verlaat, voorzien van mijn bontmuts met oorflappen, heeft de wereld die moeilijk te verklaren stilte die gepaard gaat met het vallen van verse sneeuw. Reinigen van bierleidingen, staat op de flank van een bestelwagentje dat geparkeerd is voor de deur van de bar. In mijn hoofd speelt het wijsje van twee beren, broodjes smeren, dat ik de laatste tijd vaak luidkeels in de auto zing, tezamen met mijn dochter. Pret dat wij dan hebben. Het is een wonder boven wonder dat zulk vertier kan bestaan op dezelfde wereld als Ronny J., heemkundige en wandelaar.

* Mohammed Bijeh verkrachtte en vermoordde meer dan twintig jongens tussen acht en vijftien. Hij werd veroordeeld tot honderd zweepslagen, gevolgd door ophanging. De moeder van een slachtoffer mocht de strop rond zijn nek doen alvorens hij op 16 maart 2005 met een hijskraan werd opgetakeld in Teheran, voor de ogen van vijfduizend woedende en applaudisserende mensen.


jp.mulders@skynet.be

woensdag 27 januari 2010

dinsdag 26 januari 2010

OPEN BRIEF AAN JO VANDEURZEN - MINISTER VAN WELZIJN



Geachte Heer,
Beste Jo,


Mijn moeder, 97 jaar, woonde een maand geleden nog zelfstandig in haar appartement. Er waren de laatste jaren wel een aantal signalen geweest dat er zich nu en dan, een kleine kortsluiting, in haar hersenen voordeed. Eigenlijk niets alarmerend.
Bijvoorbeeld belde ze mij 's avonds met de melding dat haar televisie beeld noch klank gaf. Later bleek dat ze de radio had aangezet in plaats van de televisie. Er was ook een periode dat ze zich beklaagde over het slecht functioneren van haar kookfornuis, de keramische plaat lichtte niet constant op. Ik probeerde haar, tevergeefs, de werking van een ingebouwde thermostaat uit te leggen.

Een paar dagen voor Nieuwjaar liep het echter goed fout: ze stond 's nachts op om drie uur dertig, kleedde zich aan, en belde aan bij de onderburen. Ze vroeg hen hoeveel mensen er straks op bezoek kwamen en of ze voor hen moest koken. Die lieve buren hebben haar gerustgesteld en bij haar gebleven tot ik eraan kwam. In de loop van de dag kwamen nog meer bizarre gedragingen aan het licht. Om een lang verhaal kort te maken, mijn mama kon niet meer alleen thuis blijven.

Na heel wat speurwerk kon ze opgenomen worden in een Rust- en Verzorgingsinstelling in 'kortverblijf'. Vervelend detail was dat ze alleen terecht kon op de afdeling 'dementerende bejaarden'.
De eerste dagen was ze opstandig, kwaad, dwaalde 's nachts door de gang en in de kamers van medebewoners. Naar het schijnt heeft ze ook een mevrouw verplicht haar bed te verlaten om er zelf in te kruipen. Niet slecht voor iemand van zevenennegentig jaar.
Later op de week werd ze rustiger, wel nog strijdbaar en in de volle overtuiging nog terug te keren naar haar appartement.

Na een week kon ze terecht in de kliniek om 'de schade' in haar hoofd op te meten. Uit de testen bleek dat haar kortetermijngeheugen volledig naar de vaantjes was en ze scoorde slechts 16 op 30 op een test die zou bepalen of ze in aanmerking kwam voor een rust- en verzorgingsinstelling. Het positieve nieuws was dat ze behoorde tot de categorie B (psych) en aanspraak kon maken op een 'gesubsidieerd' bed.

Voor mensen die niet vertrouwd zijn met de verzorgingssector: er bestaan verschillende categorieën. De A's zijn de valide bejaarden die geen hulp nodig hebben en waarvoor het rusthuis geen subsidies krijgt. Die plaatsen zijn bijna onbestaande.

Waar het op neer komt is dat alle rust- en verzorgingstehuizen de voorkeur geven aan bejaarden met het statuut C of Cd. De ene sociale dienst zegt het recht voor de raap: 'De B's komen er niet in!', de andere geeft schoorvoetend toe dat de voorkeur gaat naar zwaar hulpbehoevende bejaarden. Ze verdedigen zich met het argument dat het gaat om een economische realiteit. Met andere woorden: met min of meer gezonde bejaarden valt er geen geld te verdienen.

Ik kom nog eens terug op mijn moeder. Hard gewerkt in haar leven als bakkersvrouw en vier kinderen groot gebracht, gezegend met een goede gezondheid. In haar hele leven heeft ze nauwelijks een maand in een ziekenhuis verbleven.

Nu ze eindelijk eens wil beroep doen op de sociale voorzieningen van onze moderne maatschappij en er flink voor wil betalen is er nergens plaats voor haar. Of toch, ze kan van het ene kortverblijf naar het andere met de beperking van maximaal 90 dagen per jaar.

Mijnheer de minister, ik ben niet kwaad alleen een beetje moedeloos. Ik wil geen voorkeursbehandeling voor mijn dierbare mama, alleen een comfortabele kamer en de verzorging waarop ze recht heeft. Ik dank u.

maandag 25 januari 2010

VOOR G. - ANNELEEN PIERLOOT



Heb mijn maatje geschreven
Tussen koorts en slaap
Dat het altijd lente wordt
Al is dat ijdel gezwets
Midden in de winter

Werp die winterkleren af
Geliefde mevrouw Rimmel
Was de sneeuw van je huid
Kuis het zwart uit uw ogen
Spoel het vuil spel door
Van de laffe goden

Papaver zal je heten
Dat kwetsbare fiere felrode
Opium in uw buik en ogen
Onversneden winter of
Bloedig bommentapijt
Jij komt elke zomer terug

Op de puinen van veldslagen
staan als eerste de klaprozen
in de wind te dansen
Dat is mijn maatje G.


Anneleen Pierloot - facebook fenomeen

vrijdag 22 januari 2010

NATALIA & GABRIEL RIOS - HALLELUJAH




Schitterende song, fantastische cover
Bedankt Natalia en Gabriel


donderdag 21 januari 2010

KATTENHATER - JEAN-PAUL MULDERS



We zitten in la Flandre profonde, niet eens zo ver van de stad, in een oordschap waarvan ik de naam maar niet zal noemen. Ik ben te gast bij een vriendin die daar een voormalig koetshuis gekocht heeft, een heel charmante woning. Toch overweegt ze het pand weer van de hand te doen. "Vanwege de buurt", zegt ze. De verhalen die ze daarover heeft, zijn van het tragikomische soort. "Toen mijn ramen wat vuil waren, stak er een papiertje in mijn brievenbus : Gelieve eens uw ruiten te kuischen. In van dat schoonschrift uit de jaren vijftig. De klimop hoeft maar vijf centimeter over de grens met de buren te hangen, of ik krijg de politie over de vloer. De mensen hier kennen het gemeentelijke reglement rats uit het hoofd."

Merken ze diepvriesfrieten op tussen haar boodschappen, dan hebben ze daar een beeldende benaming voor : luiewijveneten. Wat doet gij in het leven ? wilde er ook eens een weten. Gij komt hier altijd toe met zo ne zwarte zak. "Dat is dan mijn laptop", glimlacht mijn vriendin flauwtjes. Zij is dagbladjournaliste, maar volgens de buren 'doet' zij iets met de laatste nieuwe uitvindinghe.

Mijn vriendin, een gezond en blozend meisje, krijgt als alleenstaande moeder al eens mensen op bezoek, vrouwen zowel als mannen. Dat laatste is voor de plaatselijke roddeltantes aanleiding tot sappige verhalen. Ge gaat ons toch niet wijsmaken dat ze zéven broers heeft, spuwen ze hun venijn. "En als er iemand blijft overnachten, vraagt de buurvrouw 's ochtends glimmend of ik goed heb geslapen."

Sinds we daar zitten, bijeengebracht rond sushi en cava, is diezelfde buurvrouw overigens al twee keer op haar fiets gesprongen om bij de verlichte vensters poolshoogte te komen nemen. De dorpsstraat evolueert zo langzamerhand tot een vieze sloot van inteelt en sociale controle, waarvan je niet wist dat ze nog bestond. Maar het griezeligste verhaal moet nog komen. Het is bij deze zelfde vriendin dat ik enkele jaren geleden Theo heb ondergebracht, mijn geliefde eenorige kater, omdat zij over een mooie binnentuin beschikte en ik naar een appartement verkaste. Die huisdieradoptie is kwalijk afgelopen want op een dag is Theo verdwenen, samen met de kat die mijn vriendin daarvoor al had, om nooit meer terug te keren. "Ik heb het je lang niet durven zeggen maar dat raadsel is inmiddels opgehelderd", zegt zij droef. "Hier wat verder woont een duivenmelker van wie bekend is dat hij geen katten kan uitstaan. Er blijken er de laatste jaren tientallen verdwenen. Ze hebben die man zijn spoor kunnen volgen aan de hand van het vergif dat hij overal ging kopen. Toen de dierenarts bij hem langs moest, voor een ziekte die was uitgebroken onder zijn duiven, zag ze in zijn hangar zelfs drie katten aan het balkwerk bungelen. Die vent probeerde zich er nog uit te kletsen door te zeggen dat het konijnen waren - waarop zij opgemerkt heeft dat zij als dierenarts echt wel een kat van een konijn kan onderscheiden.

Mijn oude trouwe Theo, brutaal vermoord door een mislukte Hannibal Lecter. Moet hij daarvoor twintig jaar zijn geworden en talrijke rivalen hebben overleefd, evenals de dood van koning Boudewijn, de uitvinding van de gsm, de opkomst van Al-Qaeda en de neergang van Betty van Big Brother ?

Wraakgevoelens wellen in mij op. De kille wet van oog om oog en tand om tand. Ik overweeg een strafexpeditie, denk aan honkbalknuppels en aan ingegooide ruiten. Aan de boodschap KATTENHATER !, in fosforescerende graffiti gespoten over de hele breedte van het huis. Dan denk ik aan mijn grootvader, de goedheid zelve, van wie niettemin bekend is dat hij honden in het water gooide, in een zak met stenen verzwaard. Gewoon omdat ze zwanger waren.

Vroeger werd voor het leven van een dier de hand niet omgedraaid.

Mijn kwaadheid ebt wat weg. Toch mag ik niet aan de doodstrijd van Theo denken. Die duivenmelker zijn vrouw is onlangs gestorven aan kanker, hoor ik mijn vriendin nog zeggen. Zijn duiventil is inmiddels afgebroken. Sindsdien verdwijnen er niet langer katten.

Het is 3 januari van het jaar 2010.

We zitten in la Flandre profonde, in een oordschap waarvan ik de naam niet zal noemen.

Elders in het land wordt gezocht naar een moordenaar die twee jonge mensen koelbloedig heeft doodgeschoten.

jp.mulders@skynet.be


woensdag 20 januari 2010

dinsdag 19 januari 2010

WHY? - TRACY CHAPMAN



Why do babies starve
when there's enough food to feed the world
Why when there're so many of us
Are there people still alone.

Why are missiles called peace keepers
When they're aimed to kill
Why is a woman still not safe
When she's in her home.

But somebody's gonna have to answer
The time is coming soon
Admidst all these questions and contradictions
There are some who seek the truth.

But somebody's gonna have to answer
The time is coming soon
When the blind remove their blinders
And the speechless speak the truth.


DE WINTERREIS - AMELIE NOTHOMB - ROMAN

De winterreis is het verhaal van Zoïle, een man bij wie de stoppen doorslaan als hij wordt afgewezen. Hij werkt in Parijs als consulent voor een groot energiebedrijf. Bij een van zijn huisbezoeken komt hij in contact met een uiterst zwijgzame vrouw, Aliènor genaamd, de schrijfster van de roman Losse flodders. Gelukkig is haar begeleidster, de bekoorlijke Astrolabe, toegankelijker. Zij brengt het hoofd van Zoïle op hol. Wat echter het begin lijkt van een romantische verhouding, draait uit op een emotioneel schaakspel met een naar einde. Overweldigd door walging neemt Zoïle een radicaal besluit. Hij zal zelfmoord plegen en wil zoveel mogelijk mensen mee de dood in sleuren.

De winterreis is een verbluffende roman die ons allen in het hart zal raken. We doen wel of we de wijsheid in pacht hebben en de poortwachters van de beschaving zijn, maar o wee als we tegenslag kennen. Zijn we wel bestand tegen het leven? Of vluchten we liever, in de liefde of de wanhoop, om het even? En is de liefde niet overschat? Volstaat het niet om haar te geven?

Amélie Nothomb gaat in De winterreis op ontdekkingstocht langs de duistere kanten van het hedendaagse leven. Volg de gids! (Meulenhoff/Manteau)

‘De winterreis’ is opnieuw een Nothomb die in één ruk uit te lezen is. Niet enkel wegens de vlotte leesbaarheid, maar vooral ook door de 149 schamele pagina’s, die rechtstreeks uit de groteletterbibliotheek weggeplukt lijken te zijn. Sommige pagina’s lijken zeer toepasselijk op een winters sneeuwlandschap. Personages zijn stuk voor stuk bijzondere, vreemde creaturen, waardoor het hele verhaal een surreëel tintje krijgt en de betrokkenheid van de lezer in de kiem gesmoord wordt. De laatste passage van de roman wordt snel afgehaspeld, waardoor het einde teleurstellend kort en onafgewerkt lijkt. Jammer, maar toch draaien we niet onbevredigd de laatste bladzijde om. Het nieuwe jaar is begonnen, we zijn klaar om de volgende Nothomb te consumeren. (Laura Baert – Cutting Edge)

Is De winterreis nu een Nothomb van een goed jaar? Niet bijzonder, al mag de schrijfster na het zwakke Champagne! weer een bank vooruit. Haar aforismen zijn op dreef, haar personages zijn even maf als hun namen, maar trouw aan de cru van vorig jaar is ze weer het slot vergeten. Was de inspiratie op, heeft Nothomb niet genoeg sterke thee gezet, of heeft ze er plezier in om de lezers in verwarring achter te laten? De winterreis is een beetje déjà lu, maar zwaar op de maag ligt de teleurstelling niet. Elke Nothomb is op zijn minst een snoepje, en haar fans weten het: er komt altijd een volgend jaar. (Alexandra De Vos – De Standaard)

Ik ben een onvoorwaardelijke fan van Amélie Nothomb. Ik hou van haar persoonlijkheid, haar stijl en haar bizarre personages. Ik ben verlekkerd op het formaat en de bladspiegel van haar boeken. Gastronomie voor de geest.


zondag 17 januari 2010

VLAAMSE ARTIESTEN VOOR HAÏTI - BIS



Mijn dochter is afkomstig uit de krottenwijk 'Cité Soleil' (Port-au-Prince) in Haïti. Ze kwam aan op de luchthaven Charles de Gaulle in november 1984, ze was toen acht maanden oud.

Toen Columbus Haïti ontdekte in 1492, werd het nog bewoond door de oorspronkelijke bewoners, de Arowakken. In daaropvolgende decennia stierf deze bevolkingsgroep uit door opgelegde dwangarbeid en ziekten. Vanaf de tweede helft van de 17e eeuw werd het land herbevolkt met honderdduizenden slaven die uit Afrika werden gehaald voor de suiker- en koffieplantages.

Haïti: meer dan 500 jaar hopeloze miserie. Het is het armste land van het westelijk halfrond. En nu een alles verwoestende aardbeving. Als er iemand onze steun verdient dan zijn het de Haïtianen, prachtige mensen die bij het minste sprankeltje hoop op een beter bestaan weer dansen in de straten.

Achttien jaar geleden, op 31 maart 1992, organiseerde ik een benefietconcert in de Brugse Stadsschouwburg ten voordele van een schoolproject in de sloppenwijken van de hoofdstad, Port-au-Prince. De stadsschouwburg was tot de nok gevuld om te luisteren naar Lieven Tavernier, Jan De Wilde, Willem Vermandere en Raymond van het Groenewoud. De opbrengst bedroeg toen 400.000 Belgische Frank. Hoog tijd om deze (en andere) artiesten opnieuw te contacteren.


zaterdag 16 januari 2010

donderdag 14 januari 2010

GA EN VERMENIGVULDIG U (SPAARZAAM) - JEAN-PAUL MULDERS

Het gebeurde in de tijd dat ik voor De Grootste Krant van het Land werkte, en iets over de opwarming van de aarde wou schrijven. In een glazen kantoortje ging ik mijn zaak bij de hoofdredacteur bepleiten. De jonge dertiger liet me mijn betoog doen, trok toen één wenkbrauw naar omhoog en zei droog : "Jij bent echt wel een believer he, Jean-Paul." Ik stond perplex. Hij reageerde alsof ik hem over banshees vertelde die huilen in verlaten kastelen. Niet over wetenschappelijke feiten.

Dat is nu drie jaar geleden. Sindsdien ben ik ze vaker tegengekomen, de flurken die schamper doen over de gevolgen van hun gedrag op het milieu. Ik heb me afgevraagd hoe je zo koppig blind kunt blijven. Waarschijnlijk is het gewoon gemakkelijk toekomstige dreigingen botweg te negeren. Je kunt voortleven zoals je altijd al hebt gedaan, in je patserbak wegscheuren en uitpakken met je 'sportieve' rijstijl. Weinig kans dat er ongeborenen komen klagen.

'But the times they are a changin', zoveel is duidelijk. Tot voor kort was bekommernis om het milieu weinig sexy. Over klimaatverandering zeuren was zoiets als in een bar vol jong en geil volk over de risico's van geslachtsgemeenschap preken. Daar komt nu verandering in. Wie met de tank een broodje smos gaat halen, wordt door steeds meer mensen scheef bekeken.

Zoals wel vaker het geval is, dreigt de slinger door te slaan naar de andere kant. Je kunt geen kookpot meer zonder deksel op het vuur zetten of het schuldgevoel slaat toe. Voor je het weet vraag je je vriendin met het doorspoelen van haar ochtendplas te wachten omdat je de jouwe er nog bij wilt voegen, teneinde alles in één milieuvriendelijke beweging door te kunnen trekken. Dergelijk bewustzijn riekt naar zuurdesem en gekookte kool. Het is een hoopvolle gedachte dat we het tij kunnen keren door jaarlijks een Dikke Truiendag te organiseren. Maar als we eerlijk zijn, weten we beter.

Controleer je bandenspanning. Sluit de gordijnen 's avonds om de warmte binnen te houden. Sta niet langer onder de douche dan nodig. Tips genoeg, de een al kneuteriger dan de andere, maar over de échte oorzaak van de klimaatopwarming hoor je tot dusver weinig. Ik bedoel de overbevolking. Dwaalden er in 1930 nog geen twee miljard zielen zoekend op deze aardbol rond, dan zijn dat er nu bijna zeven miljard. Wie tachtig jaar oud is, heeft de wereldbevolking in zijn (m/v) leven dus weten verdrievoudigen. Drie keer zoveel mensen, die allemaal willen reizen en hobbykok spelen en ook weer kinderen krijgen. In een niet eens zo ver verleden was talrijk kroost van levensbelang om het voortbestaan van onze soort te verzekeren. Tegenwoordig is het omgekeerd : als je met te velen bent, wordt álles wat je doet bedreigend voor de natuur, tot zelfs het eten van fishsticks toe - zoals onlangs in de Grootste Krant stond te lezen.

Toch wordt het krijgen van nageslacht nog aangemoedigd met kinderbijslag en fiscale voordelen, terwijl het logischer zou zijn een soort 'baartaks' in te voeren en kinderweelde te belasten. Weinig kans dat minister Reynders zoiets zal overwegen. De vergrijzing, nietwaar, en de aangeboren schrik van politici om de mensen tegen de haren in te strijken. We zullen zelf de hygiëne moeten hebben om ons voort te planten met de bezadigdheid van een spaarlamp. Het volstaat natuurlijk niet dat die boodschap Elke en Jochen uit Berchem bereikt. Je moet ook Faustin meekrijgen, taximan in Congo en vader van 25 kinderen, van wie hij niet alle namen kent*.

Zou mijn ex-hoofdredacteur, nu de klimaatverandering tot op hoog niveau ernstig wordt genomen, nog even negationistisch denken als drie jaar terug ? Ik hoop dat hij zijn gelijk haalt en dat de klimaatverandering straks kan worden bijgezet in het Museum van Vergeten Bedreigingen waar we ook al de millenniumbug aantreffen, de Russen en de zure regen.

Iets zegt mij echter dat we er dit keer niet zo gemakkelijk mee weg zullen komen.

jp.mulders@skynet.be

*Zoals opgetekend in het pas bij Lannoo verschenen 'Congo (Belge)' van Carl De Keyzer en David Van Reybrouck.


woensdag 13 januari 2010

dinsdag 12 januari 2010

DE VOORLEZER - BERNHARD SCHLINK - ROMAN

Michael Berg, een jonge Duitse scholier, raakt geobsedeerd door Hanna, een tramconductrice die tweemaal zo oud is als hij. Ze geven zich hartstochtelijk aan de liefde over en daarna leest hij haar telkens voor, het ene boek na het andere, de hele wereldliteratuur. Maar van de ene dag op de andere is zij verdwenen waarna ze in zijn herinnering blijft rondspoken, tot hij haar terugziet op een plaats waar hij haar nooit had verwacht.
De voorlezer heeft wereldwijd miljoenen lezers gevonden en is inmiddels een moderne klassieker geworden. (Uitgeverij Cossee B.V.)

'Hanna draaide zich om en keek me aan. Haar blik vond me meteen, en zo merkte ik dat ze al die tijd had geweten dat ik er was. Ze keek me simpelweg aan. Haar gezicht vroeg om niets, smeekte om niets, verzekerde of beloofde niets. Het bood zich aan. Toen ik onder haar blik rood werd, keerde ze zich van mij af en wendde zich weer tot de rechtbank.'

Ik houd van de waarheid die alleen door verhalen kan worden overgebracht, zei de Duitse schrijver en rechtswetenschapper Bernhard Schlink eens. Soms biedt een verhaal meer inzicht dan welke wetenschappelijke verhandeling of theorie ook. Tussen de juridische artikelen door - en na een reeks succesvolle misdaadromans - publiceerde hij in 1995 Der Vorleser, een kleine roman over de liefde van een schooljongen voor een oudere vrouw met een verborgen oorlogsverleden. Het eenvoudig gestileerde en ontroerende verhaal, dat zich onder andere liet lezen als een parabel over schuldgevoel en verwerking van de nazi-tijd, raakte een gevoelige snaar in Duitsland. Schlink was bepaald niet de eerste literator die zich met zogeheten Vergangenheitsbewältigung bezighield, maar hij werd wél een van de succesrijkste.
Honderdduizenden Duitsers lazen Der Vorleser, waarna het boek in meer dan twintig landen in vertaling uitkwam en hogelijk werd geprezen. (Pieter Steinz - NRC Handelsblad)

Verfilmd door Stephen Daldry (Oscarnominatie The Hours, Billy Elliot) als ‘The Reader’. Kate Winslet, Ralph Fiennes, David Kross, Lena Olin en Bruno Ganz spelen de belangrijkste rollen in deze film.

maandag 11 januari 2010

HUILEN IS GEZOND - WILLEM WILMINK



Leg nu die krant maar even neer,
echt lezen doe je toch niet meer,
huil nou maar even.
Ja, tegen iemands lichaam aan
zou dat natuurlijk beter gaan,
maar huil nou even.

Dat jij de enige niet bent,
dat is een troost die je al kent,
dus huil maar even.
Een ander troosten voor verdriet
dat kan ook niet, dat kan ook niet,
maar huil toch even.

Altijd maar flink zijn is niet goed:
als je niet weet hoe 't verder moet,
huil dan toch even.
Straks, met nog tranen langs je kin
denk je ineens: ik heb weer zin,
om door te leven.


uit: 'Het beloofde land', 2002.

zondag 10 januari 2010

DATO XUJADZE AND ILANA YAHAV



Watch and listen

DE COMMUNAUTAIRE ERFENIS - CARL DEVOS


Hét politieke nieuws van de week werd maandagochtend op Radio 1 door Yves Leterme gemaakt. Niet zozeer met zijn evidente pleidooi voor samenwerkingsfederalisme. Wie kan daar, behalve tegenstanders van het federalisme, tegen zijn? Samenwerkingsfederalisme is een tautologie. De evidentie moest vooral een ander punt maken, dat veel explicieter werd in de belangrijkste boodschap van Leterme.

In de Wetstraat geldt, zoals in het dierenrijk: niet de sterkste, wel wie zich het best aan wijzigende omstandigheden kan aanpassen, heeft de grootste overlevingskansen. Eind 2009 was al duidelijk dat er met Leterme II dan wel een nieuwe premier kwam, maar ook dat die nieuwe regeringsleider meer lijkt op die van Van Rompuy I dan op die van Leterme I. Deze week is Herman Leterme opgestaan.

Die vindt het sociaal-economische de absolute prioriteit en “speelt met de kaarten die op tafel liggen”. Alsof hij er buiten staat, stelt hij vast dat er “blijkbaar” nu geen staatshervorming mogelijk is. Bovendien betwistte Leterme formeel dat de campagne van 2007 een communautaire geladen campagne was geweest, dat was maar “een element”. Raar om het uit zijn mond te horen. We herinneren ons zijn straffe uitspraken uit de campagne van 2007 en bovenal de formatie die vanaf 11 juni 2007 in het teken stond van het communautaire.

Was BHV niet de inzet van de verkiezingen?

Leterme redeneerde strategisch, op heel doorzichtige wijze, dus tactisch niet zó slim: met de opmerking dat de campagne van 2007 geen communautaire campagne was, blaast hij de electorale basis, zeg maar de democratische legitimering – die hij eerst zelf had geconstrueerd – van de splitsing van BHV onderuit. Dat was, nu ook volgens Leterme, in juni 2007 niet de inzet van de verkiezingen, waarom er dan in juni 2010 de inzet van een regeringscrisis van maken? Gezien het in de campagne om meer dan BHV ging, kan deze regering, die zich met meer dan BHV bezig houdt, toch doorgaan? Fijn is dat niet. Maar het is een kwestie van overleven: ook zonder het communautaire wil Herman Leterme premier blijven.

Rechtvaardigheidsagenda of staatshervorming? Was de campagne van 2007 communautair of niet, in de zin dat het communautaire het voornaamste stemmotief was? Postelectoraal onderzoek wijst uit van niet. Maar dat is geen absolute conclusie: ook in andere stemmotieven (sociale zekerheid, werkloosheid, …) kunnen – kúnnen – communautaire aspiraties verborgen zitten. Hetzelfde geldt voor de verkiezingen van 2009. Het postelectoraal onderzoek van TNS/Dimarso doet Marc Reynebeau in De Standaard schrijven: “Dat roept een probleem op: een staatshervorming heeft nood aan een maatschappelijk draagvlak.” Wie andere slimme mensen over hetzelfde onderzoek leest, zoals Knack-directeur Rik Van Cauwelaert of politiek secretaris van de Vlaamse Volksbeweging Peter De Roover, leest compleet het tegenovergestelde.

Is een staatshervorming dé prioriteit?

Hoe intellectueel interessant deze discussie ook is, heel fundamenteel is ze niet. Die welles-nietesstrijd zal de vraag of er nu een staatshervorming moet komen, niet beslechten.

Of het volk nu massaal of niet om communautaire redenen zijn stem uitbracht, of staatshervorming voor de kiezer nu al dan niet dé prioriteit is, we zullen het nooit echt weten. Dit en andere signalen van de kiezer worden altijd post factum door politici en opiniemakers geconstrueerd. Het is een kwestie van interpretatie en dus van appreciatie. Bovendien doet de kracht van dat signaal er ook niet heel erg toe.

Die hervormingen moeten nu eenmaal gebeuren, onafgezien van het feit of weinig, veel of heel veel kiezers daarvan wakker liggen. Natuurlijk moeten politici doen wat hun kiezers hen opdragen, al weten die het doorgaans ook niet. Vaker zeggen politici aan kiezers wat er prioritair is, dan omgekeerd.

Beleid kan beter gevoerd worden

Maar politici hebben de verantwoordelijkheid om die problemen aan te pakken, zelfs al zijn veel kiezers daar niet mee bezig. Zoals BHV. De burgers van NV België zijn als bewoners van een huis die niet geïnteresseerd zijn in de architectuur ervan, maar wel in wat er binnen die structuren gebeurt of net niet. Politici zijn de architecten, ze moeten indien nodig de indeling verbouwen tot burgers zich in die nieuwe structuren ideaal kunnen ontplooien. Op stof en geklop zit niemand te wachten, maar als het moet, dan moet het. Burgers die niet uit hun living komen, voelen ook niet zoals de architecten in Brussel aan hoe de bestaande structuur aan verbetering toe is. We moeten ze dat niet kwalijk nemen.

Dat alles is evenwel geen vrijgeleide voor politici. Staatshervorming moet ten dienste staan van de bewoners van dat huis, moet er het leven zichtbaar en aantoonbaar beter maken. Ook voor de NV-A is die hervorming een middel en geen doel.

Politici moeten bij die hervorming aantonen dat de specifieke bevoegdheidsherverdeling nodig is, dat het beleid nadien beter gevoerd kan worden dan voordien. Dus ook dat het wat uitmaakt waar de beslissingen genomen worden. Het arbeidsmarktbeleid komt in aanmerking voor staatshervorming, maar dan mag ook wel eerst aangetoond worden hoe het Vlaams beleid zal verschillen van wat vandaag op federaal niveau gebeurt. Anders is het de moeite niet om al die tijd en energie in de staatshervorming te steken.

Dringende aanpak nodig

Ook domeinen waar een fundamenteel tegengestelde beleidsvisie tussen Franstaligen en Nederlandstaligen leiden tot suboptimaal overheidsoptreden - bv. omdat het gemiddelde federale beleid veel duurder is dan mochten de deelstaten dat afzonderlijk regelen of omdat geen van beide taalgemeenschappen echt tevreden is met het consensusbeleid – komen voor staatshervorming in aanmerking. Centrumrechtse kiezers vormen de hoofdstroom in Vlaanderen, het valt zeer te begrijpen dat zij zich geregeld behoorlijk gefrustreerd voelen bij het huidige beleid.

Twee problemen verdragen een dringende aanpak: de aanpassing van de financieringswet, om de deelstaten meer verantwoordelijk te maken voor hun gevoerde beleid, en het Belgisch democratisch deficit. De helft van de federale ministers is geen verantwoording verschuldigd in het andere landsdeel. Vlaamse (Franstalige) federale ministers moeten zich niet aan de Franstalige (Vlaamse) kiezers verantwoorden, zelfs al besturen zij ook met hun belastingsgeld en maken ze ook voor hen dwingende regels, bv. in KB’s. Dat fundamenteel gebrek aan accountability, een kernbegrip in een democratie, is aanstootgevend.

Daerden

Zoals ook het optreden van Daerden. Nuchter of dronken, dergelijke schertsvertoningen zijn onaanvaardbaar. Deze minister is verantwoordelijk voor een cruciale materie – bevoegdheden – en het lijkt hem aan de ernst te ontbreken die nodig is om dit departement te besturen. Om over de andere eigenschappen nog te zwijgen. Hij zet daarmee de hele politiek te kakken. Wat kunnen de Vlaamse partijen daaraan doen? Geen fluit. De oppositie – in Vlaanderen de meerderheid – uiteraard niets, de meerderheid – in Vlaanderen de minderheid – zit gevangen in de regering. En Daerden hoeft zich van de Vlaamse kiezers niets aan te trekken: hij is aan hen toch geen verantwoording verschuldigd. Een schande.

In die zin viel het met de hond van Maya Detiège nog mee. Die beperkte zich tot de marmeren vloer van de Kamer. De schertsvertoning van puppy Detiège werpt een interessante vraag op: bestaat de SP.A eigenlijk nog? Iemand die laatst nog gezien? Ofwel zijn ze daar in de diepte en de stilte een groots gebeuren aan het voorbereiden, dat de partij eindelijk weer eens positief op de kaart kan zetten, ofwel zijn ze compleet verdwaald in verstikkende radeloosheid.

(Carl Devos is politoloog aan de UGent)


vrijdag 8 januari 2010

ATAQUE DE PANICO (PANIC ATTACK) - FEDE ALVAREZ




Ware sprookjes bestaan. De Uruguayaan Fede Alvarez maakte met een budget van 300 dollar een kortfilm van bijna vijf minuten. Op de videowebsite YouTube werd de prent van de jongeman opgemerkt door verschillende Hollywoodstudio's. Alvarez kreeg meteen een contract van 30 miljoen dollar (20,8 miljoen euro) om er een langspeelfilm van te maken.

In 'Ataque de Panico!' (Paniekaanval!) is te zien hoe reuzerobots Montevideo, de hoofdstad van Uruguay, binnenstormen.

Alvarez: "Ik heb 'Ataque de Panico!' donderdag op het internet gezet en maandag zat mijn mailbox vol met berichten van Hollywoodstudios. Het was geweldig, we waren allemaal in shock." De kortfilm werd op YouTube al meer dan 1,75 miljoen keer bekeken.

De Uruguayaan is wel van plan om een volledig nieuw verhaal te bedenken voor de film. De voornaamste geldschieter zou Sam Raimi zijn, regisseur van onder meer de Spiderman- en Evil Dead-films. (hbvl.be - 18/12/2009)

donderdag 7 januari 2010

LUCRATIEF GEKOZEN - JEAN-PAUL MULDERS


Eindelijk is het koud geworden en in de vensterbank staat het ginkgoboompje dood te gaan dat ik twee maanden geleden gekocht heb bij een designbloemenwinkel. Ze hadden het in zo'n potje geplant waar met moeite een stuk van twee euro in past. Veel te klein voor zo'n ginkgo, een BOOM godbetert, wie zet er nu een BOOM in een potje waar nog geen muntstuk in past ? Dat moet wel de mens zijn, die zoiets doet, het meest vernuftige en domste aller wezens.

Ik schaam mij een beetje omdat ik die ginkgo-BOOM zo lang in dat benepen potje heb laten verkommeren maar ja, het oogde modern en hip. Nu geef ik hem eindelijk waar hij recht op heeft, te weten een mooie grote pot en aarde die naar aarde ruikt en waar hij zijn wortels in kan strekken op een manier die deugd doet tot in mijn tenen. Ik weet niet of mijn verpotoperatie nog op tijd zal komen want de bladeren van het boompje kleuren al geel (het zijn naald- noch loofbomen, las ik ergens, de oudste BOMEN ter wereld) en de ginkgo laat ze een beetje hangen, als gaat hij ondanks zijn jeugd al gebukt onder het leven. Toen ik vanochtend een van die blaadjes voorzichtig met mijn vingertop aanraakte, liet het los en viel op het marmeren blad. Daar ging flink wat treurigheid van uit.

Om die treurigheid te vergeten is er gelukkig een bakkie troost. Ik heb het Nespresso- masjien (het nieuwe reclamespotje met George Clooney al gezien ?) eens terzijde geschoven en een van de glimmende metalen filters gevuld die ik in de kringloopwinkel kocht voor 1 euro het stuk. Ze zijn van het merk Durobor en het madammeke in de kringloopwinkel zei dat ik absoluut die moest kopen omdat het de beste waren, onverwoestbaar en niet kapot te krijgen, zulk degelijk materiaal ! Het doet deugd dat er nog mensen zijn die raad willen geven voor iets dat maar één euro kost. De koffie smaakt bitter en is volstrekt schuimloos, terwijl we tegenwoordig overal schuim op verwachten, maar hij voert mij terug naar kalmere en dunbevolktere tijden, toen mensen nog koffie uit metalen filters dronken in het station.

Zo zijn er dingen die onopgemerkt verdwijnen, zoals de floppydisk en eerder al de dakantenne en straks misschien de punaise (dertig procent minder vraag naar dan vorig jaar) of het rekkertje, wat is dat tenslotte voor een raar ding ? Ook in de taal gaat er van alles teloor, dat merk ik aan mijn studenten, frisse jongens en meisjes van rond de éénentwintig. Nu begrijp ik wel dat horresco referens en honi soit qui mal y pense uit het straatbeeld verdwijnen, dat zijn dingen die speciaal bedacht zijn voor Yves Desmet. Maar soms ben ik toch ronduit verbijsterd, bijvoorbeeld als uitkomt dat van de tien studenten er mij nog slechts één kan vertellen wie Dr. Jekyll & Mr. Hyde waren. Zelfs de uitdrukking "daar valt iets voor te zeggen" vinden ze raar. "Het is toch iets over iets zeggen, mijnheer ?" protesteert er een. "Wat u zegt klinkt als een buitenlander die probeert Nederlands te spreken."

Een jongedame verwart nivelleren met vernevelen, nog een ander begrijpt lucratief als een chique vorm van lukraak : "Ze hebben ze lucratief gekozen."

Hardvochtig, dat zal dan wel zeer vochtig zijn en het wassende water : het water waarin je je wast ?

Hoongelach ontvangen ook de hoge heren met wie het kwaad kersen eten is. Als ik dat probeer uit te leggen, voel ik mij zelf een beetje de onnozelaar. Wat een debiele zegswijze ook, met die heren en die kersen. Maar tegelijk erg beeldend, zoals de zachte heelmeesters die stinkende wonden maken en de knuppels die in het hoenderhok worden gegooid. Als ik de lakmoesproef bij mijn studenten mag geloven, liggen deze uitdrukkingen straks bij de metalen koffiefilters en de bakelieten telefoontoestellen. Als ik ze gebruik, voel ik mij lid van een oude wereld, toen er druïden leefden en de Balrog nog niet in het diepst van de aarde was teruggedreven.

Er is ook een meisje dat gelooft dat Anno een architect is die enorm veel heeft gebouwd. Ze heeft die naam immers al in diverse steden op huizen zien staan, die soms zeer prachtig waren.

Reacties : jp.mulders@skynet.be

woensdag 6 januari 2010

maandag 4 januari 2010

WINTER 2 - MIRIAM VAN HEE



langzaam glijden hier de uren
in een bestaan waarin het spreken
al bijna onmogelijk het lachen
ongehoord is het zwijgen
een ziekte

een bestaan waarin de nachten
wakend worden doorgebracht wachtend
op wat niet komt dromend van
rumoerige trottoirs en teder
geruzie onder de bruggen

langzaam sneeuwt de voortuin vol en
een vreemd samengaan van ongeloof
en verlangen houdt ons staande
als zagen wij alsmaar witte,
wegvarende schepen


uit: 'Ingesneeuwd', 1984.

zondag 3 januari 2010

STAFF BENDA BILILI




Een zanger die op het podium uit zijn rolstoel klettert, er door drie man uit het publiek weer op wordt gezet, er nog eens uitrolt om dan maar vanaf de planken verder te zingen.

De microfoonstandaard die naar beneden wordt bijgesteld, een band die erbij staat te kijken of het allemaal volstrekt normaal is.

Dakloos en gehandicapt
Er gebeurde wat bij het eerste Nederlandse optreden van het Congolese Staff Benda Bilili in zaal Rasa, een concert ingebed in het vierdaagse Utrechtse popfestival 'Le Guess Who?'. De band bestaat uit dakloze en gehandicapte Congolezen die zich ophouden rond de dierentuin van hoofdstad Kinshasa, en op straat muziek maken om geld op te halen.

Staff Benda Bilili speelt vanuit zelfgebouwde driewielers op een junkyard-instrumentarium van conservenblikken en versleten gitaren, en liet zich dit jaar door westerse oren ontdekken en op plaat uitbrengen. Très Très Fort werd een kleine sensatie in wereld- en popkringen, met prachtige Afrikaanse ballades, catchy rumba, reggae en funk, maar natuurlijk ook met het verhaal achter de plaat, de polio, de levensnood in Kinshasa.

Gimmick
Bij de eerste westerse tour van Staff Benda Bilili ben je dus beducht op de gimmick, de krukken op het podium en het drumstel van lege blikjes. Gaat het verhaal aan de haal met de muziek? Maar na vijf maten lost die hele romantische entourage op in een overdonderend goed optreden, kunnen de rolstoelen bijna worden vergeten en is het inderdaad heel gewoon dat een zanger af en toe eens uit de zitkussens glijdt.

Aanjager van de band is de 17-jarige Roger Landu, niet-gehandicapt maar ooit als zwerfkind door de groep geadopteerd. Landu bespeelt een zelfgemaakt eensnarig harpje, van een boog hout in een leeg melkblik. In uptempo nummers als Avramandole laat Landu het nylon gieren, in de meeslepende Afrocubaanse rumba Moto Moindo kweelt de harp bijna pijnlijk mooi en net niet vals rond de melodie.

Hoe de ritmesectie hierbij perfect rollende funk haalt uit een akoestische bas met gaten en een kist met blikjes, is een godswonder. Maar het indrukwekkendst is de licht hese samenzang van bandleiders Ricky Likabu en Coco Ngambali naast de hoge en funky vocalen van de man die niet in zijn stoel kan blijven zitten. Strak en opzwepend in bandanthem Staff Benda Bilili, hemeltergend tragisch in Polio. De band speelt en staat in Rasa als een huis, ondanks de krakende fundamenten. (deVolkskrant)

4 years in the life of a handicapped band on their way to success. From the sidewalks of Kinshasa to their first concert in Europe... A tale of courage and dignity. A film by Renaud Barret and Florent de La Tullaye. Coming soon 2010.


zaterdag 2 januari 2010

GUNTER LAMOOT VERLAAT MAN BIJT HOND




Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet! Ik geloof het niet!