Onzichtbaar (Invisible) toont een Paul Auster in bloedvorm. Op de eerste bladzijden maken we kennis met ik-figuur Adam Walker, een jonge literatuurstudent en aankomend dichter. Het is voorjaar 1967 en Walker maakt op een feestje in Manhattan kennis met een tweetal dertigers: hoogleraar Rudolf Born en zijn geliefde Margot.
Beiden betonen zich zeer in hem geïnteresseerd en het komt tot een vervolgafspraak. Born – een exuberante persoonlijkheid met dikwijls provocerende opvattingen – blijkt bereid Walker financieel te steunen bij het opzetten van een literair tijdschrift, terwijl Margot vooral gefascineerd lijkt door Walkers fysieke schoonheid.Al vroeg in de roman heeft Walker het gevoel dat de twee iets onwerkelijks hebben, ‘alsof het denkbeeldige personages waren in een verhaal dat zich afspeelde in mijn hoofd’. Bij de Auster-lezer gaat dan al snel een rood lampje branden, maar vooralsnog lijkt er niets aan de hand. Born krijgt de kans zich verder te profileren als radicale intellectueel met zeer veel contacten, ook in overheidskringen, en tussen Walker en Margot komt het tot verwikkelingen die zich allerminst alleen in het hoofd van de eerste afspelen.
Dan vindt er een cruciale gebeurtenis plaats: tijdens een wandeling worden Walker en Born, net buiten Riverside Park in Manhattan, overvallen door een jongen die hen onder bedreiging van een pistool wil beroven. Born grijpt naar zijn binnenzak, alsof hij zijn portemonnee wil pakken, haalt een stiletto tevoorschijn en steekt de overvaller neer. Walker is geschokt en rent na een korte ruzie met Born weg om een ambulance te bellen. Als die aankomt is het lichaam van de overvaller echter verdwenen. Pas later, in het park, wordt het aangetroffen, met meer dan twaalf steekwonden in borst en buik.
Op dat moment wordt het verhaal onderbroken en maken we kennis met Jim Freeman, succesvol schrijver. Het verhaal dat we zojuist hebben gelezen blijkt een manuscript te zijn, geschreven door Adam Walker, een oude kennis van Freeman. De twee zijn elkaar na hun studie uit het oog verloren. We leven inmiddels in 2007, Walker lijdt aan een terminale ziekte, en probeert op zijn sterfbed zijn autobiografische roman 1967 te voltooien. Hij is onzeker over zijn project, vraagt Freeman om advies, en stuurt hem vervolgens een tweede hoofdstuk. (Hans Bouman - de Volkskrant)
Je valt bij Auster vaak van de ene verbazing in de andere; alles kan ineens heel anders blijken te zijn, en dat zonder dat het onwaarschijnlijk wordt. En daar zit ook iets pesterigs in. Auster weet je soms tot tranen toe te ontroeren - wat in Onzichtbaar op diverse momenten het geval is - terwijl in je achterhoofd voortdurend een stemmetje blijft klinken dat fluistert dat wat je nu leest, misschien helemaal niet waar is, of dat het, als iemand anders dit zou vertellen, heel anders in elkaar zit, of, nog weer anders, dat wat je leest, inderdaad 'slechts' een verhaal is, fictie, misschien niet iets om je wérkelijk druk over te maken. (Arie Storm - Het Parool)
'Want het treurige feit blijft: er is veel meer poëzie dan rechtvaardigheid op de wereld,' staat er ergens. Kan best zijn, maar als die poëzie van Paul Auster komt, en een soeplepel troost biedt, dan hoeft die vaststelling toch niet zó erg gedramatiseerd? (jm - HUMO)
It is a book of youthful rage, unbridled sexual hunger, and a relentless quest for justice. With uncompromising insight, Auster takes us into the shadowy borderland between truth and memory, between authorship and identity, to produce a work of unforgettable power that confirms his reputation as “one of America’s most spectacularly inventive writers.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten