NIEUWS     VERKEER      CULTUUR      WEER     SPORT     CONTACT         

dinsdag 16 maart 2010

IN ONGENADE - J.M. COETZEE - ROMAN

Niets moet ik weet het wel, maar toch móet iedereen dit boek ooit gelezen hebben. Iedereen die ik verplichtte het te lezen is achteraf blij. Bikkelhard en bloedmooi. Veel meer hoeft daar niet over gezegd. Moet het dringend nog eens herlezen, trouwens.

John Maxwell Coetzee (1940) werd geboren in Kaapstad maar studeerde in Texas. Hij werkte enkele jaren als computerprogrammeur in Groot-Brittannië en doceerde daarna Engels in New York. Zijn schrijversdebuut, "Schemerlanden" kwam er in 1974. Net geen tien jaar later won hij zijn eerste grote literaire prijs voor "The Life and Times of Michael K". Hij zou de Booker Prize nog een tweede keer winnen, in 1999 - een unieke prestatie. Toch vermeed de mediaschuwe auteur consequent alle publiciteit rond deze stunt. Ook toen hij in 2003 de Nobelprijs voor de Literatuur won bleef hij in de mate van het mogelijke uit de spotlichten. Tegenwoordig is Coetzee Australisch staatsburger en geeft hij les in Australië en in de Verenigde Staten.

Met "Disgrace" (1999) viel Nobelprijswinnaar Coetzee ook echt in ongenade, zowel in thuisland Zuid-Afrika als in andere landen. In de roman wordt de blanke dochter van een professor die zelf geen zuiver geweten heeft verkracht door drie zwarte mannen. Het slachtoffer ervaart de aanval als een rechtvaardige inlossing van een historische schuld, tot groot onbegrip van haar vader. Veel critici vonden dat het boek de raciale verhoudingen in Zuid-Afrika verder bemoeilijkte en problematiseerde, terwijl literatuur net zou moeten bijdragen tot betere relaties. (Ruth Joos)

De roman begint als het hoofdpersonage van het boek - David Lurie, hoogleraar, gescheiden van zijn Nederlandse vrouw - ontslagen wordt vanwege zijn relatie met een dertig jaar jongere studente. Voor de Onderzoekscommissie van de universiteit bekent de weinig communicatieve Lurie schuld, maar hij weigert zijn excuses aan te bieden.

Het ontslag van Lurie is nog maar het begin van zijn val. Hij besluit zich terug te trekken op de boerderij van zijn dochter Lucy. Dat gaat goed tot drie zwarten de woning binnendringen, Lurie bij de roofoverval zwaar molesteren en Lucy verkrachten. Dat Lucy achteraf weigert om klacht in te dienen tegen de geweldenaars, die in hun omgeving geen onbekenden zijn, gaat er bij Lurie - net zoals bij de meeste lezers wellicht - niet in. Tegenover het onvermogen van de vader om in te zien dat de machtsverhoudingen (tussen blank en zwart, maar ook tussen man en vrouw) fundamenteel zijn veranderd, staat de extreme bereidheid van de dochter om alles op te geven als zo een nieuwe modus vivendi mogelijk wordt. (
Michaël Bellon - De Standaard)

Het boek is verfilmd (Disgrace) in 2008 door Steve Jacobs. Soms wordt een acteur – al heeft hij het niet nodig – een handje geholpen door de natuur. John Malkovich bijvoorbeeld heeft het perfecte uiterlijk voor professor David Lurie. Hij heeft onmiskenbaar iets intelligents. Maar door zijn bijna kale kop lijkt zijn hoofd opeens groter, zijn oren steken wat lompig uit. Alsof er niets meer te verbergen valt: het legt de verbeten trek die hij rond zijn mond laat spelen, de geklemde kaken genadeloos bloot. (Floortje Smit)


Met dank aan Tom Lanoye voor de boekentip.


Geen opmerkingen: