NIEUWS     VERKEER      CULTUUR      WEER     SPORT     CONTACT         

zondag 16 januari 2011

LIEVE MEMA


Lieve mema,

Sterk, wilskrachtig en dankbaar, dat was je.
Je was ook minzaam, fier en met weinig tevreden.

Sterk van lichaam en geest, je leek wel van ijzer. Je was al de negentig voorbij toen je in de Steenstraat pardoes achterover viel. De 100 bracht je naar het ziekenhuis omdat je hoofd nogal bloedde waarschijnlijk tegen je zin. In Sint-Jan werd de gapende wonde genaaid en voor de rest werd niets ernstigs vastgesteld buiten dat je zitvlak ‘schorteblauw’ zag. Als de dokter niet had aangedrongen om iemand van de familie te verwittigen om je te komen halen was je met de bus naar huis geweest, zo erg vond je het allemaal niet.
In maart vorig jaar liep je nog een dubbele bekkenbreuk op en na een kleine week hospitalisatie zette je alweer een aantal stappen.

Wilskracht was je handelsmerk, je keek niet op een inspanning en was altijd bereid om te helpen. Toen ik geveld lag door een zware griep trotseerde je de spekgladde weg om boodschappen te brengen, vijfentachtig was je al. Vanuit het vensterraam zag ik hoe je uitgleed en door je knieën zakte, maar met de hulp van ‘de ster’ van een geparkeerde Mercedes kwam je weer recht en liep je verder… niets aan de hand.

Met weinig tevreden was je zeker. Belangrijk was dat alles goed ging met de familie. Je was erg gesteld op het bezoek van de kinderen, kleinkinderen, vrienden en kennissen.
Je verdeelde je tijd met het huishouden, lezen, TV kijken, wandelen, een terrasje doen met een vriendin met bijbehorende wafel en koffie. Je kon ’s zomers ook erg genieten op je terras op het zesde verdiep van waar je de komende en de gaande man zag passeren.

Je was een knappe vrouw. Ik had graag de foto’s getoond waar je, weliswaar ongewild, met filmsterallures flaneerde op de dijk van Blankenberge met de kinderen.

Dankbaar was je ook. Voor het goede dat het leven je had gebracht. Voor de bijna vijftig gelukkige jaren met pepa. Hij droeg je op handen. Je was gespaard gebleven van grote tegenslagen.
De laatste jaren ging het wat moeizamer, maar met de steun van je familie kon je op je appartement blijven. Je klaagde nooit, je vroeg alleen, wel honderd keer: “Doe mij niet naar een rusthuis”.

Precies een jaar geleden was een opname onafwendbaar. Dat ging niet zonder slag of stoot, het personeel van De Zwarte Zusters kan ervan meespreken. Eén lendenband en twee ook niet konden beletten dat je als een vrouwelijke Houdini al glijdend de zetel verliet. We waren trots op je dat je de strijd niet opgaf. Het werd tijd om de echte Hilda Pynnaert te leren kennen.
In het rusthuis, waar je werd omringd met liefdevolle zorgen, heb je je nooit thuis gevoeld. Wat deden al die mensen rondom jou? Je wees laatst nog een mevrouw aan met de woorden ‘Er is toch iets mis met die mevrouw?’ Bezorgdheid stond op je gezicht te lezen en de onrust liet je nooit meer los. Het was pijnlijk om je na een bezoek ontredderd achter te laten.

Een paar maanden geleden zei je tegen mij, letterlijk: “Marc, als ik dood ben moet je niet schreien, je moet blij zijn dat ik verlost ben. Dàn ben ik ook blij”.

Mema, je stoel blijft leeg en je stem blijft zwijgen maar in ons hart zullen de herinneringen voor altijd blijven. Misschien vind je nu, naast de verdiende rust, ook nog pepa terug. Bedankt voor alles wat je voor ons gedaan hebt. We zullen je missen.


2 opmerkingen:

christel zei

Dat je dit gisteren zelf kon verwoorden was heel sterk..., het was een mooi en persoonlijk afscheid van je kranige mama.

Cram zei

Dank je Christel.