Ik zag je naam op een binnenschip.
Op het dek lag een vrouw te baden in de zon.
Er was een hond die op en neer liep
en naar luchtbellen blafte.
of naar vissen die vanuit de diepte iets wilden zeggen
en niets aan de rivier veranderden,
aan haar gang, aan hoe ze daar tussen twee oevers lag
als in de armen van een man.
Er was een schipper die traag naar mij wuifde.
En? Niets. Er gebeurde niets.
Zo is het geweest.
De boot vaarde voorbij
en ook de deining verdween.
Nu nog wuiven, heeft dat zin?
(via brakkehond.be)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten