NIEUWS     VERKEER      CULTUUR      WEER     SPORT     CONTACT         

zaterdag 31 mei 2008

NORWEGIAN WOOD - HARUKI MURAKAMI - ROMAN

Toru Watanabe is een stille en buitengewoon serieuze jonge student in Tokio. Hij is dol op Naoko, een mooie jonge vrouw. Maar hun wederzijdse liefde wordt getekend door de tragische dood van hun beste vriend jaren geleden. Toru went aan het campusleven en de eenzaamheid en afzondering die hij daar ervaart, maar Naoko kan de druk en verantwoordelijkheid van het leven niet verdragen. Terwijl zij zich verder terugtrekt in haar eigen wereld, vindt Toru aansluiting bij de andere studenten en voelt hij zich aangetrokken tot een jonge, onafhankelijke en seksueel geëmancipeerde vrouw. Norwegian Wood is een indringend verhaal over romantiek en volwassenheid, over de onmogelijke en dappere liefde van een jonge man. (Murakami.nl)

Dit klinkt misschien zwaar op de hand, maar Murakami laat de figuren zo knap tot leven komen en hun gesprekken zijn zo vol van ideeën en energie en levenslust dat het boek als geheel een prachtige lichte toon heeft, waardoor het redelijk optimistische en verzoenende slot absoluut niet als onecht overkomt. Een prachtige, warme, wijze roman, uitstekend geschreven en vertaald.

Het is mijn eerste kennismaking met Haruki Murakami ( °1949 – Japan) en het smaakt naar (veel) meer. Het is geen boek waar je vrolijk van wordt maar toch straalt het warmte en tederheid uit. Het gaat over liefde en dood, het 'leven zoals het is'. Niettegenstaande het dramatisch gegeven is het boek luchtig en geestig geschreven. Het beschrijft een merkwaardige driehoeksverhouding tussen de serieuze en intelligente student Watanabe, het mooie, maar labiele en getraumatiseerde meisje Naoko en de vrijgevochten, stoere en geëmancipeerde studente Midori. Het is een ontroerend boek en een ideale kennismaking met het oeuvre van Murakami.

de Volkskrant

‘Er gaat iets onweerstaanbaars uit van zijn werk, iets bedwelmend en meeslepend: val je voor hem, dan ben je gesjochten, want dan moet ineens dringend alles van hem gelezen worden.’

Knack

‘Norwegian Wood tekent heel mooi de overgang naar de volwassenheid en de kennismaking met de liefde van een sensibele jongeman: eenvoudig (soms zelfs, maar gelukkig nooit lang, op het simpele af), eerlijk, zonder tierelantijnen maar ook nooit grof, zelfs met tederheid.’

Humo

‘Norwegian Wood vat wanhoop in een golf van zelfmoorden en doet je in één moeite door tintelen van leven. Pure Murakami.’

donderdag 29 mei 2008

ZWARTE SNEEUW - JEAN-PAUL MULDERS

Ik hoor het mijn moeder nog zeggen, in de winter van 1980 : "Die vent heeft al veel zwarte sneeuw zien vallen." Het was zo'n uitdrukking die mij frappeerde, een mooie omschrijving van iets lelijks - zo ongeveer als een engeltjesmaakster.

Wie de vent in kwestie was, weet ik allang niet meer, maar ik herinner mij dat het geheimzinnige weersverschijnsel zo tastbaar in mijn geest gestalte kreeg, dat ik mijn handen maar moest uitstrekken om ze te kunnen opvangen : grote vlokken zwarte sneeuw.

Ik was twaalf en wist in feite nog niet wat het was, zwarte sneeuw. Het was mij bekend dat er zoiets als armoede bestond, wel zeker, en ik had een buurvrouw dood weten gaan, de oude Marie, maar die was dan ook al 93. Er bestond een heel scala aan zwarte sneeuw waar ik later nog zou moeten achterkomen, en dat varieerde van fijne poedersneeuw tot dikke hagelblokken die dwars door een huis konden vallen om de bewoner, die op dat moment op de benedenverdieping nietsvermoedend een kop koffie stond te drinken, ter plekke dood te slaan. Onbeantwoorde liefdes en zweetvoeten, aambeien en auto-ongevallen, je vrouw die er onverwacht vandoor gaat met de ijskast en de broodrooster, rusteloze benen die je 's nachts beletten te slapen en het in de netten van religieuze bedriegers verstrikt geraken : het valt allemaal onder de noemer 'zwarte sneeuw zien'. Zeker ook de drank, die er altijd wel bij kwam maar waarover in het bijzijn van kinderen geheimzinnig werd gedaan. Daardoor heb ik het lang eigenaardig gevonden dat volwassenen over iemand zegden : "Hij drinkt." Iederéén dronk toch ? Zonder drinken kan een mens niet leven.

Blijkbaar was het niet dàt soort drinken dat hiermee werd bedoeld. Het was het drinken van Guido, de echtgenoot van de pennenvriendin (ach, de heimwee die in dat woord ligt besloten, ondanks de sindsdien zo belachelijk tussen gefoefelde 'n') uit mijn moeders tienerjaren. Eén keer per seizoen kwam die op bezoek, in het gezelschap van Guido, van wie gezegd werd dat hij dronk. Ik was twaalf en vastbesloten het drinken van Guido te testen. "Nog een pintje, Guido ?" vroeg ik poeslief, zodra ik zag dat het vorige leeg was. Waarop Guido tot mijn verbijstering ja blééf zeggen. We zaten in de tuin, de zon scheen en mijn moeder vreesde dat ze de een of andere gevaarlijke ziekte onder de leden had, ik heb het nooit anders geweten. En Guido zat daar maar onder de dennenbomen en hij rookte en hij dronk. Hij dronk tot het bierkrat bijna leeg was en hij uiteindelijk naar het toilet waggelde en alsnog kotste, iets wat mij teleurstelde in hem.

Ongeveer in dezelfde periode was daar het tragische verhaal van Tony, de buurman van mijn grootmoeder die zo aan de drank was, dat hij zelfs een fles ontstoppingsmiddel soldaat maakte. Hij werd ijlings naar het ziekenhuis afgevoerd, waar geen hulp meer kon baten. Het gebeuren werd aan mij voorgesteld als een pijnlijke vergissing van een man die zoveel dorst had te lessen, dat hij in zijn haast zelfs vergif aan de mond had gezet. Ik geloof dat mij werd wijsgemaakt dat de droogte in zijn keel te wijten was aan het eten van te veel paprikachips de avond tevoren.

Hoeveel keren ben ik zo als kind in het ootje genomen ? Toen er uit het appartement boven het onze smartelijke geluiden kwamen, zei mijn grootmoeder dat die veroorzaakt werden door onze buurman Muys, die zijn ringbaard probeerde af te scheren, wat zoals bekend erg pijnlijk was ingeval van stugge haren. Vele jaren later pas begrijp ik dat de klaaglijke geluiden veroorzaakt moeten zijn geweest door seks, en kan ik alleen maar de brille en de tegenwoordigheid van geest bewonderen waarmee mijn grootmoe het verhaal over de pijnlijke scheerbeurt verzon. Ik geloofde het, en voelde zelfs medelijden met die arme mijnheer Muys. Later is hij naar een villawijk verhuisd maar of hij daar gelukkig is geworden, weet ik niet. Ik durf hem niet op te zoeken om het hem te vragen, omdat het verhaal van de baard hem al te bizar zal lijken en omdat ik contact met mensen die ik dertig jaar niet meer gezien heb in het algemeen schuw. Het confronteert mij te direct met de teloorgang die ons allen te beurt valt, of we zwarte sneeuw hebben gezien in ons leven of niet.


Reacties
:
jp.mulders@skynet.be

woensdag 28 mei 2008

RITUELEN IN HAITI - CRISTINA GARCIA RODERO












Twintig jaar lang deed Cristina García Rodero (Spanje, 1949) een antropologische en artistieke studie naar de volkstradities in Spanje. Het is het bekendste fotoproject van deze fotojournaliste, dat onder meer werd vastgelegd in 'España Oculta' (Verborgen Spanje, 1989). Sinds enkele jaren echter heeft ze haar geboorteland achter zich gelaten en reist ze de hele wereld over, op zoek naar andere culturen met eigen tradities.
De afgelopen vier jaar bezocht García Rodero meerdere malen Haïti. Daar onderzocht ze de collectieve rituelen van de voodoo-cultus. Op deze manier probeerde ze door te dringen in de spiritualiteitsbeleving van de bevolking. Dit resulteerde in een reeks expressieve portretten en aangrijpende taferelen, geflankeerd door enkele innemende documentaire observaties. 'Rituales en Haiti' (2001) werd voor het eerst getoond tijdens de Biënnale van Venetië.
Cristina García Rodero ontving meerdere prijzen, waaronder de Premio Nacional de Fotografía (1996) in Spanje en de Eugene Smith Award for Humanitarian Photography.
Courtesy Agence Vu (F)


Toen Columbus Haïti ontdekte in 1492, werd het nog bewoond door de oorspronkelijke bewoners, de Arowakken. In daaropvolgende decennia stierf deze bevolkingsgroep uit door opgelegde dwangarbeid en ziekten. Vanaf de tweede helft van de 17e eeuw werd het land herbevolkt met honderdduizenden slaven die uit Afrika werden gehaald voor de suiker- en koffieplantages.


Mijn dochter is afkomstig uit de krottenwijk 'Cité Soleil' (Port-au-Prince) in Haïti. Ze kwam aan op de luchthaven Charles de Gaulle in november 1984, ze was toen acht maanden oud.
Haïti: meer dan 500 jaar hopeloze miserie. Het is het armste land van het westelijk halfrond. Haïtianen zijn prachtige mensen die bij het minste sprankeltje hoop op een beter bestaan weer dansen in de straten.
Drinkbaar water is een van de grootste problemen. Wij draaien gewoon de kraan open.

maandag 26 mei 2008

MEER - KOENRAAD GOUDESEUNE



Ik zag je naam op een binnenschip.

Op het dek lag een vrouw te baden in de zon.
Er was een hond die op en neer liep
en naar luchtbellen blafte.

of naar vissen die vanuit de diepte iets wilden zeggen
en niets aan de rivier veranderden,
aan haar gang, aan hoe ze daar tussen twee oevers lag
als in de armen van een man.
Er was een schipper die traag naar mij wuifde.

En? Niets. Er gebeurde niets.
Zo is het geweest.
De boot vaarde voorbij
en ook de deining verdween.

Nu nog wuiven, heeft dat zin?

zondag 25 mei 2008

JOHANNES BRAHMS 1833-1897 - KENNISMAKING

Tot groot verdriet van vader Brahms interesseerde zijn jongste zoon zich al vroeg voor een instrument dat hij nooit zou kunnen betalen: piano. Zelf was hij contrabassist, en moest zich heel wat materiële offers getroosten voor de muziekopleiding van zijn wonderkind Johannes (geboren in Hamburg op 7 mei 1833). Cossel en Marxsen waren zijn eerste leraars, en al vroeg dirigeert hij een mannenkoor en schrijft zijn eerste composities. Om zijn ouders financieel te helpen speelt hij in nachtkroegen, en geeft pianoles, terwijl hij zijn gebrekkige algemene vorming kan bijwerken door zelfstudie. Door een Hongaars violist te begeleiden leert hij de zigeunermuziek kennen, Brahms had enkele vrienden voor het leven, zoals de violist Joachim, Clara Schumann en de dirigent Hans von Bülow.

Aanvankelijk behoorde ook
Liszt tot zijn vrienden, maar al gauw ging hij die te theatraal vinden. Hij ondertekende zelfs mee een petitie tegen de "toekomstmuziek" van Liszt en Berlioz (niet tegen die van Wagner!), wat hem later nog duur zou te staan komen. In Detmold is hij drie jaar na elkaar enkele maanden hofpianist, en wordt in het Teutoburgerwald natuurvriend. Zijn eerste pianoconcerto in Leipzig wordt een fiasco. Na Detmold wil hij dirigent van de Philharmonie van Hamburg worden, maar als dat mislukt, verhuist hij naar Wenen als vrij kunstenaar. Op zijn eerste concert oogst hij enorm succes met werk van Bach, Schumann en ... van zichzelf, en mag zich verheugen in de gunstige kritiek van Hanslick. Hij wordt overal beroemd als pianist, begeleider en dirigent en is op tournee in Hongarije, Polen, Nederland, Rusland, Denemarken, Frankrijk, Oostenrijk, Zwitserland, Engeland en Duitsland.

Over zijn verhouding met Clara
Schumann wordt veel geroddeld, zeker na de zelfmoordpoging van Robert Schumann. Zelf trouwde hij nooit, naar hijzelf zegt uit schrik dat een eventuele vrouw de aanvankelijke fiasco's van zijn muziek niet zou verdragen. Aan de verhouding met de 25-jarige Agathe von Siebold maakt hij echter zelf een einde "omdat hij geen knellende banden kon verdragen". Als Clara in 1896 sterft, verergert zijn leverkwaal; en hij componeert nog slechts enkel koraalvoorspelen. Waarschijnlijk was hij zich niet bewust van zijn toestand en hij sterft bewusteloos. (bron: componisten.net)

Ik heb Brahms ontdekt toen ik op Klara (toen nog Radio 3)
dit stukje hoorde. Of je nu een liefhebber van klassieke muziek bent of niet, deze melodie zal je zeker bekoren en misschien blijven hangen. Ik krijg er gewoon kippenvel van. Maak nog even tijd (twee minuten en drie seconden) en luister naar dit prachtig uittreksel van het tweede pianoconcerto van Brahms gespeeld door de legendarische pianist Sviatoslav Richter.

vrijdag 23 mei 2008

HET ONTSLAG VAN KARDINAAL DANNEELS

Van het ontslag van kardinaal Danneels lig ik niet wakker, de rooms-katholieke Kerk heeft bij mij al lang afgedaan. Ik ben geboren in 1951 toen de Kerk nog oppermachtig was. Ik heb het geweten. Op een andere keer meer daarover.
Rik Torfs verklaarde gisteren in Ter Zake dat kardinaal Danneels het verkorven heeft in Rome door te weinig weerstand te bieden in de debatten over het homohuwelijk, de abortus- en euthanasiekwestie. Hij is te progressief, niet rechts genoeg.
In zijn achtentwintigjarige carrière als aartsbisschop - ik had graag het woord pontificaat gebruikt - is de taak van de Kerk in Vlaanderen hoofdzakelijk gereduceerd tot de uitvoering van rituelen bij doopsels, vormsels, huwelijken en begrafenissen. Lopendebandwerk zeg maar.

In de Westerse wereld zit de Kerk op haar gat en heeft dat volledig aan haarzelf te wijten. Het vaticaan is een bastion van gefrusteerde wereldvreemde mannen. Ik vraag me af wanneer de Kerk eindelijk eens volwassen zal worden, te beginnen met het afschaffen van het celibaat en het geven van een volwaardige plaats aan de vrouw in de Kerk.

Het celibaat is de meest stomme uivinding ooit. Het woord uitvinding is hier trouwens misplaatst. In van Dale staat bij het woord uitvinding: een vernuftig gevonden oplossing of zaak. Vernuftig is het celibaat zeker niet en een oplossing allerminst. Integendeel het ligt aan de basis van onnoemelijk leed.

Het celibaat en de belofte van kuisheid zorgen ervoor, volgens de Kerk, dat de geestelijke zich volledig kan toeleggen op zijn taak als zielenherder en verkondiger van het woord gods. Grotere onzin heb ik nooit gehoord. Een complexloze sexuele beleving is een absolute voorwaarde om je als individu te kunnen ontplooien en zo uit te groeien tot een evenwichtige volwassene.

Wat doet de Kerk? Ze blijft met een stompzinnige volharding de leuze verkondigen: 'Ban alle (sic) sexualiteit uit je leven, negeer je stijve lul, bijt op je tanden en concentreer je op je pastorale bezigheden.' Er zitten nog een handvol gelovigen in de kerk en priesterroepingen komen nauwelijks nog voor.

De Kerk verheerlijkt onze-lieve-vrouw maar veegt de vloer aan met de rest van de vrouwen. Ze zijn goed genoeg voor de schoonmaak van de kerk en de sacristie, de administratie van meneer pastoor en een dienende functie bij het kerkgebeuren. Foei Paus Benedictus de zoveelste.
Mijn gezond boerenverstand zegt mij: voor het helemaal te laat is, afschaffen dit celibaat en stel het priesterschap open voor vrouwen.

Bewijst mijn voorstel nu dat ik slimmer ben dan die duizenden theologen in dienst van de Kerk, of is het het kransje machtigen van het Vaticaan, met de paus op kop, die alle hervormingen in de kiem smoren? Ze doen maar.

HOEVEEL EIEREN IN EEN DOZIJN?


Geen commentaar!

donderdag 22 mei 2008

TWEE MEISJES - JEAN-PAUL MULDERS

Soms rijd ik rechtstreeks van het oude meisje naar het jonge. Het jonge meisje is 1, het oude bijna 86. Zij vormen mijn antennes in de tijd, het jonge meisje in de verre toekomst en het oude in een duister verleden. Zij zijn mijn wortels en mijn nieuwste blaadjes, waarmee ik naar de wolken reik - en zo nog een paar gezwollenheden.

Mijn grootmoeder en mijn dochtertje. Ik heb het geluk dat zij allebei in leven zijn, zodat wij een broze ketting van vier generaties vormen, ook al is het maar voor even. Ik bezit een foto waarop het oude en het jonge meisje naar elkaar kijken. Fascinerend hun gezichten zo bijeen te zien. Dat van het oude meisje is verfrommeld en beschreven, van bijna een eeuw te lachen en te huilen, en hoopvol en bang te zijn. Het gezichtje van het jonge meisje is strak als de huid van een appel die vers van de boom is geplukt. Zo gaaf dat het bijna zeer doet. Het oude meisje kijkt naar het jonge met de rare trots die mensen bij voortplanting voelen. Het jonge meisje heeft daar nog geen last van. Haar trots bewaart zij voor de dingen die er écht toe doen, zoals haar eerste stapjes, of de klanken die zij ontlokt aan het elektrische orgel dat haar mama in de kringloopwinkel kocht.

Die twee gezichten op de foto, wat ligt daar allemaal tussen ? Drie miljard hartslagen, een wereldoorlog met vijftig miljoen doden, maar ook dagelijkser dingen zoals weerpraatjes van Armand Pien, vijfhonderd kommen tomatensoep en een onschatbaar aantal stroken zonlicht op de muur van het terras. De geur van verse regen, die je hart vult met verwachting zonder dat je weet waarom.

Zowel het oude meisje als het jonge hebben problemen met andere mensen. Het oude komt in het rusthuis in aanvaring met haar verzorgers. Het jonge wordt door een potiger kind in de kribbe op de grond gesmakt, zo hardhandig dat het er een joekel van een blauwe plek aan overhoudt. L'enfer c'est les autres : dat zal dan wel de constante zijn in die 85 jaren die hen scheiden.

Ook papa heeft problemen, met mensen die hem kwetsen of met mensen die hij zelf heeft gekwetst. Het is niet makkelijk, mijn kind. Wellicht zal ook jij rond je 14 geloven dat je de wereld kunt veranderen, om rond je 41 - een oogwenk later - te beseffen dat je idealisme niet meer is geweest dan de schreeuw van een diertje in de nacht, waarvan je je afvraagt of je die wel echt hebt gehoord.

Papa wou dat hij je meer houvast kon geven, zoals het papa's betaamt, die zoals bekend gepantserd zijn en met stalen nagels aaneengeklonken, vrij van weemoed en roest. Papa dwaalt nog tastend rond. Hij leest filosofen en loopt door de bossen, zijn brillenglazen natgeregend, in de hoop te vinden wat iedereen anders blijkbaar al weet.

"Zou Jean-Paul nog wel weten wie Hitler was ?" vraagt het oude meisje aan mijn moeder, bezorgd dat het nageslacht zal vergeten wat zo'n stempel op haar leven heeft gedrukt. Ze huivert er nog van, die keer in de poppenfabriek, toen een Duits soldaat haar de trap afvoerde met de loop van zijn schieter in haar rug. Ik vraag mij af of die schieter een Walther of een Schmeisser zou zijn geweest, of misschien wel zo'n aristocratische Lüger. Ik ken Hitler en zijn trawanten beter dan zij, gelukkig niet uit eigen ervaring, maar door de verhalen van anderen, en door de tweehonderd boeken die ik sinds mijn elfde heb gelezen over het Derde Rijk.

Vrees niet, oud meisje, je afschuw voor het varken in de mens zal niet verloren gaan. Ik zal het jonge meisje daarover vertellen, later. Zij zal niet tot de sukkels behoren die geloven dat Sherlock Holmes echt heeft bestaan (zoals een meerderheid van de Britten tegenwoordig) en dat Winston Churchill een verzonnen personage was (23 procent, blijkt uit dezelfde studie). Zij mag danseres of frietkotuitbaatster worden of desnoods aardbeienprinses - zolang zij maar weet wat met de zegswijze advocaat van de duivel spelen wordt bedoeld. 70 procent van de studenten tegenwoordig weet dat niet, als ik de krant mag geloven. Het zijn van die dingen waar ik beter niet aan denk als ik op plekken kom waar samenscholingen zijn van meer dan drie personen. Ik zou op slag een paniekaanval krijgen en vierklauwens vluchten, ver weg, naar een plek waar alleen stenen liggen en zand, dat tenminste niet met zijn domheid kan pronken.

Reacties : jp.mulders@skynet.be

dinsdag 20 mei 2008

PULITZER 1994 - KEVIN CARTER 1960-1994


This is the "Pulitzer Prize" winning photo taken by Kevin Carter in 1994 during Sudan Famine. The picture depicts a famine striken child crawling towards the United Nations Food Camp which is a kilometer ahead. The picture shocked the entire world. No one knows what happened to the child. Carter left the place soon after taking the photograph. Three months later he committed sucide due to depression.

This was found in his diary,
Dear God, I promise I will never waste my food no matter how bad it can taste and how full I may be. I pray that He will protect this little boy, guide and deliver him away from his misery. I pray that we will be more sensitive towards the world around us and not be blinded by our own selfish nature and interests. I hope this picture will always serve as a reminder to us that how fortunate we are and that we must never ever take things for granted.

Het is absoluut mijn bedoeling niet om de mensen een geweten te schoppen. Ik doe zelf ook te weinig om de wereld te verbeteren. Het is meer bedoeld voor de mensen die klagen zonder reden.

maandag 19 mei 2008

MEN MOET - TOON TELLEGEN

Men moet altijd
enigszins verdrietig zijn,
anders is men verloren,

maar men moet
wel een beetje verloren zijn -
van het reddeloze soort -
anders zou
men alleen maar gelukkig zijn,

toch moet men ook gelukkig zijn,
zo
maar gelukkig kunnen zijn,
in alle staten van geluk,

anders zou
men maar verdrietig zijn,
enigszins verdrietig,
altijd.


“Minuscule oorlogen, niet met het blote oog zichtbaar” , Toon Tellegen, Querido

zondag 18 mei 2008

J.S. BACH - VIOOLCONCERTO BWV 1042 - NIGEL KENNEDY




Bij aanvang van het concert doorprikt Nigel Kennedy het 'sérieux' van klassieke muziek.
Luister ook even naar het prachtige Adagio (tweede trage deel).

zaterdag 17 mei 2008

DAGDROMEN

Mijn blog neemt veel tijd in beslag en houdt me bezig, soms teveel. Ik kom minder aan lezen toe en dat is een minpunt. Bij het lezen kan ik me moeilijker concentreren want mijn geest maalt constant door: wat zal ik morgen op mijn blog plaatsen en hoe zet ik het uitzicht nog meer naar mijn hand. Ik wil er iets moois en origineels van maken. Ik sleutel iedere dag aan de lay-out. De kwaliteit van de inhoud is heel belangrijk voor mij. Neen, aan de discussie 'Wat is kwaliteit?' ga ik zeker niet beginnen. Ik heb ook niet de pretentie om de mensen te overtuigen van mijn keuzes. Ik geef vrijblijvend mijn mening hopend dat er occasioneel een vonkje overspringt naar een van mijn lezers. Ik wil ze J.S. Bach laten proeven.

Liefde van mijn vrouw, vriendschap, boeken en muziek helpen mij te 'overleven'. Het is een vlucht van een dolgedraaide samenleving waar ik me probeer staande te houden. Ik heb enorm veel moeite met de teloorgang van goed fatsoen en elementaire beleefdheid en het niet respecteren van de spelregels.

Een paar weken geleden zag ik twee auto's neus aan neus staan in een wegversmalling waarbij één rijrichting voorrang heeft (de witte pijl). Het was een bevreemdend schouwspel. Ik kon niet begrijpen dat de kerel die voorrang moest verlenen (rode pijl) niet meteen achteruit reed. Hij bleef star voor zich uitkijken en gaf geen krimp. Ik weet niet hoe het afgelopen is want ik hou niet van dit soort spanning.
Hoe zou ik zelf reageren in dergelijke situatie? Mijn eerste reactie zou zijn: ‘Hij gaat me niet liggen hebben die dikke nek. Het is gedaan met op mijn kop te laten zitten. Ik ben honderd procent in mijn recht’. De zenuwen zouden door mijn keel gieren en ik zou trillende benen krijgen. Als die klootzak na een tijdje niet achteruit zou rijden zou ik het opgeven en het meeste verstand gebruiken. Eigenlijk hoop ik dat ik de confrontatie kan voorkomen.

Maar ik zou het over dagdromen hebben. Ik bel met de beroemde schrijver Herman Brusselmans om hem een voorstel te doen. Het is zes uur ’s avonds, hij is zeker thuis. Je belt hem het liefst niet tussen vier en vijf in de namiddag want dan zit hij in zijn stamcafé op zijn vaste plaats, recht tegenover de ingang. Na drie beltonen wordt er opgenomen.

‘Hallo, met Herman Brusselmans.'
Zou hij op die manier de hoorn opnemen of neemt Tania altijd op als ze thuis is. Heeft hij wel een vaste telefoon of alleen een gsm?
'Ah Herman, goedenavond je spreekt met Marc De Voogdt.’
‘Met wie?’
'Met Marc De Voogdt, ik heb je al een aantal mails gestuurd, een ode aan jou geschreven op mijn blog en je hebt een boek gesigneerd op de laatste boekenbeurs. Ik heb je ook De Indiase bruid van Karen Fossum cadeau gedaan en een paar jaar geleden, na de dood van Woody heb ik je een foto van onze puppy dwergschnauzer opgestuurd.’

‘Ja, en…’
Jongens, ik besterf het, waar ben ik mee bezig?
‘Ik zou je iets willen vragen, een voorstel willen doen. Het zal niet lang duren.’
‘Zeg maar.’
‘Wel Herman, je weet dat ik een blog heb.’
‘Ja.’
‘Ik wil er iets unieks van maken en mijn vraag is of jij, speciaal voor mijn blog, maandelijks een column wilt schrijven.’
Stilte
‘Je hoeft het uiteraard niet gratis te doen. Ik heb een origineel voorstel: ik ben kinesist met meer dan dertig jaar ervaring en tien jaar bijscholing (Manuele Therapie, Acupunctuur, Cyriax, etc..) en zou wekelijks naar Gent afreizen om je nekpijn te behandelen. Wat denk je?’

Het antwoord komt niet doordat mijn lieve dwergschnauzer bovenop me springt!

donderdag 15 mei 2008

MAGISCH DENKER - JEAN-PAUL MULDERS

Voor het eerst deze lente schrijf ik op een caféterras. Naast mij zitten mensen te kleumen en tegen de blauwe lucht schuiven wolken voorbij, loom en vadsig. Zij zijn geen wezens uit één stuk maar huichelachtig. Met hetzelfde gemak nemen zij de vorm aan van Portugal als van zeepaarden die paren.

Ik probeer gedachten op papier te krijgen die vluchtig zijn als waterdamp. Soms ontvallen de woorden mij vlot en trefzeker. Soms gaat dat met de tegendraadsheid van wanstaltig dikke telgen, zoals vandaag, als de onrust mij belaagt en ik zou willen fietsen of ijsschaatsen of rozen snoeien, of een van die andere activiteiten die ik te zelden beoefen. Mijn leven is te virtueel geworden. Duizenden uren verdwijnen in de computer zonder sporen na te laten ; ik durf zelfs niet te schatten hoeveel het er zijn. Ook verspil ik veel tijd aan filerijden en naar slechte televisie kijken en al die andere dingen die bezit van ons hebben genomen, ten koste van wat er echt toe doet. Liefhebben bijvoorbeeld, en met eerlijke producten koken.

Ergens onderweg, vraag me niet waar precies, ben ik de grip op het leven verloren. Het walst in richtingen die mij niet aanstaan, en daarmee bedoel ik niet alleen mijn privégepruts, maar dat van de wereld in het algemeen, die in de klauwen lijkt te zijn gevallen van waanzin die rechtstreeks naar de ondergang voert. De overbevolking, de vervuiling, de opwarming, de uitroeiing van diersoorten en de beangstigende stijging van de prijzen, die wel tot honger en oorlog moet leiden : soms word ik daar moedeloos van. Soms besef ik dat er geen uitweg is, tenzij een hele kwalijke.

Op zulke momenten zijn er gelukkig dingen als lucifers, die nog wat houvast bieden. Tegen 99 procent van deze dolgedraaide wereld steekt de lucifer aangenaam af door zijn eenvoud en eerlijkheid. Ik voel graag aan luciferdoosjes, ik hou van hun geur en textuur. Het verschaft mij plezier ze te openen door met mijn wijsvinger kordaat tegen het doosje te tikken. Ik ben geen verzamelaar, tenzij misschien van liefdespijn, maar mocht ik iets anders verzamelen dan zouden het oude luciferdoosjes zijn.
Het neemt mij dan ook in voor de man aan het tafeltje naast mij, dat hij een lucifer bezigt om zijn sigaret aan te steken. Hij doet dat op de 'mannelijke' manier, door het stekje naar zich toe te halen met een korte droge tik, het gevaar op de koop toe nemend dat er aldus een genster in zijn gezicht kan springen. Vrouwen, zo wil althans het verhaal, duwen de lucifer bang van zich weg over het strijkvlak, om zo ver mogelijk van de ontbrandende solferkop verwijderd te blijven. Ik weet niet of er onderzoek is verricht naar de waarachtigheid van deze mythe, die nogal seksistisch klinkt.

De man lijkt op Kurt Cobain zoals die er vandaag waarschijnlijk zou uitzien, in de leeftijd van 41 jaar. Een beetje verlept zit hij achter zijn vroege Duvel. Hij bezit een zeker charisma, maar lijkt door omstandigheden aan lagerwal gesukkeld. Als zijn lucifer ongeveer voor de helft is opgebrand, neemt hij het al verkoolde gedeelte voorzichtig tussen duim en wijsvinger van zijn andere hand. Zo slaagt hij erin de lucifer helemaal te laten opbranden. Dat vereist een zekere behendigheid, en de man is zich daarvan bewust. Hij zit zo geconcentreerd naar dat zwarte stekje te kijken dat ik het bijna zeker weet : hij is, net als ik, een magisch denker. Hij heeft een wens gedaan, die alleen zal uitkomen als het hem lukt de lucifer volledig te laten verteren door het vuur zonder hem los te laten. Hij is vast ook zo iemand die bij het naderen van de verkeerslichten denkt : als ik er voorbij ben vóór het op rood springt, komt alles alsnog goed.

Is het de herkenning van de verworpenen der aarde ? Ik weet niet waarom ik sympathie voor deze man voel, maar wat mij betreft mag zijn verlangen werkelijkheid worden, of dat nu het behoud van het Lappersfortbos betreft, de terugkeer van zijn geliefde of een loutere kwestie van geld. Hij betaalt en staat op. Er slaat een walm van hem af van in drank versmoorde nachten.

Als de man vertrokken is, probeer ik het trucje met de lucifer zelf, mij ervoor hoedend al meteen een wens te uiten. Gelukkig, want ik heb niet veel ervaring en schroei zowel mijn duim als mijn wijsvinger deerlijk. (Jean-Paul Mulders)

Reacties : jp.mulders@skynet.be

Met dank aan Christel

woensdag 14 mei 2008

VALS BEELD - ELVIN POST - THRILLER

Vincent Bloom en Elijah Fish hebben zes jaar lang de mondiale kunstwereld voor de gek gehouden door vervalsingen als nieuw ontdekte meesterwerken op de markt te brengen, van grootheden als Picasso, Giacometti, Matisse, Degas en Chagall. Alle grote veilinghuizen trapten erin. Totdat Bloom en Fish door stomme pech de gevangenis in draaiden. Zeven jaar later komen ze vrij. De Boston Red Sox staan op het punt om voor het eerst sinds 86 jaar de World Series te winnen en de stad is in rep en roer. Dan wordt Fish door Bloom benaderd met het voorstel om een grote hoeveelheid schilderijen te roven uit het Isabella Stewart Gardner Museum in Boston, waaronder Rembrandts Christus in de storm op het meer van Galilea en Vermeers Het concert. Een krankzinnig plan. Of niet? (Elvin Post)

Relaxte stijl

'De mix van feiten en fantasie, de bijzonder overtuigende personages, de vloeiende, relaxte stijl, en de onnadrukkelijke humor maken Vals beeld tot een thriller met internationale kwaliteiten.' Ineke van den Bergen, de Volkskrant

Onderkoelde humor

'Post houdt zich dicht bij de feiten, maar brengt een paar fictieve personages tot leven die je nooit meer vergeet. Hij doet dat met een onderkoelde humor die vaak aan Elmore Leonard doet denken. Toch is Vals beeld ook een serieuze thriller, bijzonder spannend, die vragen opwerpt als: `Wat is echt en wat is vals?' Of: `Waarom zijn musea zo slecht beveiligd?' Na dit boek kijkt u vast nooit meer naar een schilderij zoals voorheen.' Fred Braeckman, Knack

Puur genot

'Het is puur genot om al lezend die sympathieke, ietwat cartooneske personages tot stand te zien komen. En om de spanning te voelen die aanzwelt terwijl de karakters duidelijker worden, want samen vormen zij de contouren van Murphy’s Law.' Gert Jan de Vries, NRC Handelsblad

Feiten achter Vals beeld

Bij Interpol staan ruim 14.000 gestolen ‘grote’ kunstwerken geregistreerd. Volgens The Art Loss Register gaat het onder meer om 47 werken van Degas, 54 van Rodin, 142 van Rembrandt, 355 van Picasso, 271 van Miró en 250 van Chagall.

maandag 12 mei 2008

IK HOU VAN JOU - HERMAN BRUSSELMANS

Ik hou van de
poëzie van Charles Baudelaire
En van de zekerheid
dat niemand die begrijpt
Mij zelf op kop

Ik hou van de drumtechniek
in 'Just like heaven'
van The Cure

Ik hou van
de balletjes in tomatensaus
van Zwan
met als vervaldatum
januari '94.
Of '95,
daar wil ik vanaf zijn.

Ik hou van mijn
motorfiets 150 cc
MZ
Oostduitse rotzooi
Uit de tijd dat de Oostduitsers
tenminste nog uniek mochten zijn
in het maken van charmante rotzooi
Zoals mijn MZ 150 cc
dat prachtige lelijke machien
met ronde wielen, een heuse
kilometerteller, en
startproblemen

En ik hou van
De Koning der Dierenstraat
in Gent
Want daar is een
nonnenklooster
En een schoenlapper
En een coiffeusesalon met een
te hoog gegrepen naam
En daar is een zelfbedieningszaakje
met de typische grapjas
achter de kassa en zijn
vrouw heeft vermoeide ogen
maar dat is van te veel
glimlachen

En op de koop toe woon
ik zelf in die
Koning der Dierenstraat
En altijd weer probeer ik
te houden van
de plaats waar ik woon
Want hoe triest moet het zijn
om niet te houden van
de plaats waar je woont

En ik hou van de
ouwe huwelijksfoto
van mijn ouders
Want daar moet ik nu
ineens aan denken
Mijn zwartwitte moeder
met een zwartwit geluksboeket
dat lijkt op
een zwartwitte bloemkool

En mijn vader...
Nou ja, mijn vader...
En ik hou van bloemkool
Of nee,
Ik hou niet van bloemkool

En ik hou van
whisky, en ik hou van
sigaretten
En ik hou van, al klinkt het lullig,
van nog meer whisky
En ik hou van nog meer sigaretten

En ik hou nog wel ergens
van

Maar vooral... Vooral hou ik
van jou

Al zal ik het daar vandaag maar
beter niet over hebben

Niet vandaag

Want ik hou van gisteren
En ik hou misschien van morgen

Maar wat daar tussen
ligt... Dat is iets anders...

Want weet je wat het is?

- En noem mij een
pathetische zak, noem mij
een vat vol zelfmedelijden,
noem mij een troosteloos
wrak...

Het is mij om het even -

Want weet je wat het is?

Ik hou van jou en van nog van alles
Maar ik hou niet van dit leven

(uit: Het mooie kotsende meisje - Herman Brusselmans)

zondag 11 mei 2008

IS EEN 'GOEIEDAG' BEDREIGEND?

Op zaterdag brengt Man bijt hond een compilatie fragmenten van de voorbije week. Het begin van de reportage gisteren heb ik gemist maar ik vermoed dat het in het kader van 'De week van de goeiedag' was. Je zag een jonge gast die spontaan zijn hand uitstak naar een aantal voorbijgangers om hen met een welgemeende handdruk goeiedag te wensen.

Ik ben erg geschrokken van de reacties van de toevallige voorbijgangers. Bij de meesten kwam de uitgestoken hand als een
bedreiging over. Een kleine minderheid drukte, enigzins verwonderd, de uitgestoken hand. Er was iemand die argwanend vroeg: 'Ja, en wat is hiervan de bedoeling?' Een mevrouw was zo in de war door het gebaar dat ze achteruit week. Het angstgevoel was duidelijk op haar gezicht te lezen en ze durfde de vriendelijke jongelman niet te passeren. Er was een meneer die ontstemd reageerde en heel verongelijkt keek naar de persoon die even goeiedag wou zeggen. Je zag hem denken: 'Hoe durf je me op deze manier lastig vallen.'

Op mijn dagelijkse wandeling met mijn hond zeg ik dikwijls goeiedag tegen wildvreemden. Meestal beperkt zich dat tot een beleefd hoofdknikje of het uitspreken van het woord 'hallo'.
Sommige (kleine) kinderen spreken mij spontaan aan. Laatst was er een jongentje, van een jaar of tien, die naar een verjaardagsfeestje moest en me vroeg: 'Meneer, heb je geen huis hier in de wijk tegen gekomen versierd met balonnen?' Ja, ik was inderdaad zo'n huis gepasseerd, het was vlak in de buurt. Het jongentje vertelde me nog dat hij ook een hondje had.
Ik kreeg een raar gevoel toen ik bedacht dat een van de buren me gadesloeg. Een vijftiger en een jongentje van tien in gesprek, moet de politie niet verwittigd worden?

Ik overdrijf nu een beetje maar toch, uit de reportage van Man bijt hond blijkt duidelijk dat spontane sociale contacten niet vanzelfsprekend zijn en bedreigend overkomen, ook tussen volwassenen. Ik begrijp het wel maar ik vind het spijtig.

vrijdag 9 mei 2008

VAN BEETHOVEN - MONDSCHEINSONATE - W. KEMPFF



Ludwig van Beethoven werd geboren te Bonn (Duitsland) op 16 december 1770 en hij overleed te Wenen op 26 maart 1827. Hij is amper 57 geworden. Ludwig van Beethoven, ‘Van’ in plaats van ‘Von’ omdat zijn grootvader volgens geboorteregisters in de Belgische stad Mechelen geboren was, wordt beschouwd als een van de grootste componisten aller tijden. Hij had een moeilijke jeugd doordat zijn vader een wonderkind van hem trachtte te maken. Hierdoor is Beethoven nooit echt een kind geweest. Deze jeugd maakte Beethoven tot een somber en wantrouwend mens. Dit werd nog erger door een oorkwaal die in 1801 bij hem ontdekt werd en die uiteindelijk leidde tot complete doofheid. Dit weerhield de getalenteerde componist er echter niet van om door te gaan met componeren. Hij werd uiteindelijk een van de grootste componisten aller tijden. Dit niveau heeft hij kunnen bereiken door goede leermeesters als Mozart, Haydn en Salieri en natuurlijk een grote portie talent. Beethoven stierf op 26 maart 1827 aan de gevolgen van een leverziekte en een longontsteking. Hij liet ons geweldige werken na zoals negen symfoniëen en tweeëndertig pianosonates. (bron: InfoNu.nl)

Beethoven kende een vrij bewogen liefdesleven, uitsluitend gestoffeerd met dames uit de hogere kringen, die hem vaak ook de inspiratie leverden voor heel wat composities. In 1800 heeft hij trouwplannen met zijn leerlinge Giuletta Guicciardi, wat de wereld de "Mondscheinsonate" oplevert.

Dit stukje sluit ik af met de laatste woorden van Beethoven: ‘Plaudite amici, comedia finita est’. Applaudisseert vrienden, de voorstelling is voorbij.

woensdag 7 mei 2008

TIEN GEBODEN VOOR EEN DUURZAME RELATIE

Ik geef mijn advies gratis en voor niets aan alle vrouwen. Het is vrijblijvend en met een knipoog. Toch meen ik ieder woord dat ik neerschrijf. Relaties zullen altijd een moeilijke evenwichtsoefening blijven en 'voor altijd' zal eerder uitzonderlijk zijn. Toch geloof ik in de ideale partner, maar ik vrees dat je hem of haar zelden op het juiste moment ontmoet. Ik bedoel dat je meestal al één of meerdere relaties achter de rug hebt vooraleer de ware opdaagt.

Het is uiteraard geen evangelie wat ik hier vertel en relaties zijn geen exacte wetenschap. Ik begin me al af te vragen of het wel zin heeft deze raadgevingen te publiceren. Het spreekwoord zegt toch: 'Liefde is blind'.

1. Kijk niet op naar de man (laat het tenminste niet blijken) en plaats hem niet op een voetstuk.

2. Leg de lat (redelijk) hoog.

3. Denk nooit: ik ga hem veranderen.

4. Haal hem niet (te vlug) in huis en houd de portemonnees gescheiden.

5. Goede sex is belangrijk maar tederheid en geborgenheid misschien nog belangrijker.

6. Leer uit vroegere ervaringen.

7. Besef dat de droomprins op het witte paard niet bestaat.

8. Maak duidelijke afspraken en zeg waar het op staat. De balans moet in evenwicht blijven.

9. Niemand is perfect en koppigheid is nefast voor een relatie.

10. Belangrijk bij het beoordelen van een relatie is om een goed overzicht te behouden op het geheel.

Neem het toch maar met een korrel zout.

dinsdag 6 mei 2008

GOSPODIN LIBAR - MACAN & CELANOVIC









Met dank aan mijn zoon Sander

maandag 5 mei 2008

ANGST -GERRIT KOMRIJ

Heel argeloos begin je een gedicht.
Een aantal letters, aangenaam van vorm.
Het gaat vanzelf. Er slibben regels dicht.
Ze zwijgen nog. Ze wachten op de storm.

Uit dode krullen, schreven, lijnen, halen
Ontstaan - geen mens die weet waaraan het ligt -
Schermutselingen tussen de vocalen.
De consonanten brommen mee, ontsticht.

Pas dan ontpopt zich iets als een bericht.
Een S.O.S uit een ver paradijs.
De voorhang scheurt. Je schrikt van het gezicht.

Doe dicht je ogen. Raak niet van de wijs.
Tart niet de woordeloze bliksemschicht.
Bepaal je tot je e’s en o’s en ij’s.

Met dank aan Zo helpt poëzie ...

zaterdag 3 mei 2008

CARLOS SANTANA - SAMBA PA TI


Om het weekend ontspannen te beginnen

vrijdag 2 mei 2008

DE REGERING OP ZIJN GAT?

Op de goederenbeurs Nymex in New York daalde de prijs van een vat ruwe olie vandaag met 2,50 dollar tot 110 dollar. In Londen daalde de prijs met ruim twee dollar tot 109 dollar. Vorige week scheerde de olieprijs nog rond de psychologische kaap van 120 dollar per vat. De forse dalingen zijn het gevolg van goed nieuws. Eerder op de week kwam een einde aan een staking van oliewerkers in Schotland en bleek dat de strategische reserves van de Verenigde Staten fors aangegroeid zijn. Vandaag is een einde gekomen aan een grote staking in de oliesector in Nigeria, waar de productie met een derde was teruggevallen. (bron: VRT)

Hoe lang zal het duren eer de prijzen evenredig zakken aan de pomp? Hoe zit het trouwens met die speciale maatregel dat de accijnzen verlaagd worden als de brandstofprijzen een bepaald plafond bereiken? Geen haan die ernaar kraait. De regering heeft andere zorgen aan haar hoofd.

Pas op ik erger mij niet, ik spuw alleen mijn gal uit! De regering zal zijn tanden stuk bijten op het dossier Brussel-Halle-Vilvoorde. Ze haalt het einde van de zomer niet. Gisteren zag premier Leterme er erg bleekjes uit, straks wordt hij weer opgenomen in het ziekenhuis.

BHV was de inzet van de laatste verkiezingen. Ik denk dat veel CD&V’ers daar al spijt van hebben. Ik ontken het belang van dit dossier niet. Tenslotte is er een vonnis van het Arbitragehof. Maar het zo stellen dat een regering staat of valt met betrekking tot één dossier is om problemen vragen.

De mensen hebben hun buik vol van BHV. Ze willen dat hun koopkracht hersteld wordt, dat de energieprijzen binnen de perken gehouden worden. Ik kreeg een tijd geleden de jaarlijkse afrekening van Electrabel in de bus. Joepie ik had minder verbruikt dan het jaar daarvoor. Mis, mijn nieuwe tussentijdse factuur zal stijgen met 25 %. Toen ik telefonisch navraag deed antwoordde de mevrouw van Electrabel dat de verhoging een gevolg was van een stijging van de kosten van de ‘Netwerkbeheerder’.

Ik wil nog iets kwijt. Etienne Schouppe is nu Staatssecretaris van Mobiliteit. Waar haalt de CD&V in ‘godsnaam’ het lef om iemand die al in opspraak is gekomen bij de NMBS en ABX voor te dragen tot Staatssecretaris. Hoe geloofwaardig is dit allemaal nog?